KOOKTIPS - Algemeen
•
Om te voorkomen dat uw gerecht niet gaar of juist te gaar wordt, adviseren we om de keramische pan
altijd ½ tot ¾ te vullen. Houd daarbij de aanbevolen kooktijden aan.
•
Vul de keramische pan nooit meer dan ¾ om te voorkomen dat deze overloopt tijdens het garen.
•
Voor het beste resultaat en om te voorkomen dat voedsel uitdroogt of verbrandt, kunt u zorgen vooR
voldoende vocht, volg hiervoor altijd het recept.
LET OP:
•
Pas op voor ontsnappende hete stoom bij het openen van de glazen deksel.
BIJ EEN GERECHT MET:
Pasta
Voeg pasta pas in de laatste 30 tot 60 minuten van het kookproces toe.
Kruiden
Gebruik bij voorkeur hele kruiden voor de meeste smaak.
Gemalen kruiden Gebruikt u gemalen kruiden, roer dan het gerecht ca. 60 minuten voor het einde van
het kookproces goed door.
Bonen
Kook gedroogde bonen (vooral Kidney bonen) altijd voor.
Voeg ze daarna pas toe aan het kookproces.
Groenten
Plaats groenten altijd onderop. Zo hebben ze voldoende vocht om te garen. Door
groenten vooraf kort te blancheren, worden enzymen afgebroken en blijven de
vitaminen bewaard.
Soep
Voeg eerst de ingrediënten en dan pas het vocht toe om de ingrediënten
helemaal te bedekken.
Melk & Room
Voeg melk, room en zure room pas toe tijdens de laatste 15-30 minuten van het kookproces.
Vlees
Gebruik bij voorkeur vlees zoals runder- en sukadelappen, lamskoteletjes
of spareribs. Mager vlees (met weinig vet) kan snel droog worden.Behoud meer
smaak door vooraf aan te bakken in een andere pan.
Combigerechten
Pas de grootte van het vlees aan, aan de andere ingrediënten voor een gelijkmatige
garing. Bij voorgekookte groenten of groenten die snel garen zoals champignons of
aubergines kunnen het best kleine stukken vlees toegevoegd worden.
Zeevruchten
Voeg vis, schaal- en schelpdieren in de laatste 30-60 minuten van het kookproces
toe voor de beste smaak.
LET OP:
•
Het lijkt soms dat recepten slechts een kleine hoeveelheid vloeistof bevatten, maar door het langzame
kookproces zal de vloeistof in de meeste gevallen verdubbelen. Wanneer u een recept gebruikt dat géén
slowcooker-recept is, halveer dan de hoeveelheid vocht die toegevoegd dient te worden.
REINIGING EN ONDERHOUD
Reinig het apparaat en de losse onderdelen grondig na elk gebruik:
1. Neem de stekker uit het stopcontact en laat de slowcooker volledig afkoelen.
2. Reinig de glazen deksel en de keramische (binnen)pan in een warm sopje. Spoel de onderdelen goed af
en droog ze vervolgens grondig na met een droge doek. De (binnen)pan en glazen deksel zijn beide ook
vaatwassergeschikt.
3. Reinig de behuizing met een vochtige doek.
4. Berg het apparaat op een droge plaats op.
LET OP:
•
Zorg ervoor dat het apparaat niet is aangesloten op de netvoeding als u het gaat schoonmaken.
•
Gebruik geen agressieve of schurende schoonmaakmiddelen of scherpe voorwerpen (zoals messen of
harde borstels) bij het reinigen.
•
Dompel de behuizing nooit in water of een andere vloeistof en houd deze ook niet onder stromend water.
SERVICE
Mocht zich onverhoopt een storing voordoen, dan kunt u contact opnemen met de BESTRON-servicedienst:
www.bestron.com/service
PAST U BIJ VOORKEUR DEZE TIPS TOE:
13
13
NL
NL