- Gebruik uw toestel volgens de aanwijzingen voor de bediening van de functies
en standen die in de volgende paragrafen worden beschreven.
- Wanneer u het toestel voor het eerst gebruikt, zijn de standaardtemperaturen :
• De temperatuurinstellingen van de koelkast en de vriezer kunnen indien nodig
handmatig worden aangepast
(zie hoofdstuk 4.5 TEMPERATUURINSTELLINGEN).
Indicatoren op het display:
1. Indicator van de KOELKAST
2. Indicator van de VRIEZER
3. Indicator van de TEMPERATUUR in koelkast of vriezer
4. Indicator van de SNELKOELINGSMODUS
5. Indicator van de SNELVRIESMODUS
6. Indicator van de KUNSTMATIGE INTELLIGENTIEMODUS
7. Indicator van de VAKANTIEMODUS
8. Indicator van de functie
Koelkast
Vriezer
TOETSENVERGRENDELING/KINDERBEVEILIGING
NL-24
+5 °C
-18 °C