7. OPSLAG
1. Maak de tank en de carburateur leeg.
2. Schud de tank totdat deze helemaal leeg is.
2. Giet een eetlepel motorolie door het gat van de bougie; trek een paar keer aan de starter en plaats de bougie terug
(met het contact op UIT). Wanneer u merkt dat de zuiger in compressie is, stopt u met trekken.
4. Bewaar de generator op een droge en goed geventileerde plek en gebruik de afdekking om deze af te beschermen.
5. De brandstof die door de machine wordt gebruikt, is explosief. Wanneer de machine wordt uitgeschakeld, moet u de
overgebleven brandstof op juiste manier behandelen en moet u de lokale milieuvereisten naleven.
6. In het geval dat de motor in brand vliegt:
1). Neem onmiddellijk contact op met gespecialiseerd personeel om het vuur te doven. De gebruiker moet de plaats
onmiddellijk verlaten om letsel te voorkomen.
2). Gebruik een CO2-brandblusser. Als u geen brandblusser hebt of niet weet hoe u deze moet gebruiken, gebruikt u alle
beschikbare hulpmiddelen om het vuur zo snel mogelijk te doven. Gebruik geen schuimblussers of zand om de brand te
doven. Als er wat olie of vet op het oppervlak zit, kan zand worden gebruikt om het vuur te doven.
3). Een brandende motor veroorzaakt rook en vervuiling die mensen en het milieu kunnen vergiftigen. Vraag
gespecialiseerd personeel om vervuiling te elimineren volgens het lokale milieuplan.
57