stemd op de Li-Ion accu die in uw elektrische apparaat is ingebouwd.
1. Om de accu op te laden, steekt u de oplader in een stopcontact
en verbindt u de USB-aansluiting van de oplader en de USB-C-
oplaadaansluiting aan de achterkant van de behuizing van het ap-
paraat met de oplaadkabel.
2. Het controlelampje 5 (fi g. 1) brandt rood tijdens het opladen. Wan-
neer het proces is voltooid en de accu volledig is opgeladen, gaat
het controlelampje groen branden. De procedure duurt ca. 1 h.
3. Daarna kunt u de oplaadkabel uit de oplaadaansluiting trekken en
de oplader uit het stopcontact halen.
Aan- en uitschakelen
De soldeerpunt wordt tijdens het gebruik zeer heet! De hete soldeerpunt
niet aanraken. Er bestaat gevaar voor ernstige brandwonden!
Tijdens het werk kunnen schadelijke dampen vrijkomen. Adem dampen
niet in en werk alleen in ruimten met voldoende ventilatie!
1. Houd de schakelaar pos. 4 (fi g. 1) ca. 3 seconden ingedrukt. Het
controlelampje brandt rood.
2. Houd de soldeerbout als een potlood in uw hand.
3. De kleur van het controlelampje pos. 5 verandert na ca. 30 secon-
den van rood naar groen: De soldeerpunt heeft nu de werktempera-
tuur bereikt en u kunt met het apparaat werken.
4. Om uit te schakelen, drukt u kort op schakelaar pos. 4. Het cont-
rolelampje gaat uit.
Na het werk
Let erop, dat de hete soldeerpunt (1) geen warmtegevoelige voorwer-
pen aanraakt, totdat hij afgekoeld is. Leg de soldeerbout zo nodig op
een hittebestendige ondergrond om af te koelen.
Waarschuwing!
Waarschuwing!
Let op!
-25-