beperking, of door personen die onvoldoende ervaring of kennis hebben, tenzij er een
persoon bij is die verantwoording neemt voor hun veiligheid en hun de bovengenoem-
de instructies geeft om het apparaat te kunnen bedienen.
Het is zowel voor kinderen als voor volwassenen verboden te steunen of plaats te ne-
men op het toestel. Kinderen moeten steeds vergezeld zijn van een volwassene opdat
zij niet met het toestel zouden spelen.
Stel de waarde van de thermische relais in in functie van de intensiteit van de pomp.
• Elektrocutiegevaar bij een ongeschikte aansluiting op het lichtnet.
Montage van de slangen
• De slangen moet vóór en achter de pomp worden gemonteerd en moeten een dia-
meter hebben die hetzelfde of groter is dan de ingang van de pomp.
• De zuig- en uitstootslang mogen nooit in de pomp achterblijven.
• Men moet alle aansluitingen en het deksel van de pomp goed afdichten om water-
verlies in de motor te vermijden. Dit waterverlies zou de motor kunnen beschadigen.
Controles alvorens de pomp te starten
Onderneem volgende stappen alvorens de pomp in werking te stellen:
• Controleer of de geleverde spanning en de frekwentie overeenkomen met de gege-
vens op het kenplaatje van de pomp.
• Alvorens de pomp te starten moet men die met water vullen voor de zelfaanzuiging.
• Controleer of de spanning en de frequentie van het lichtnet overeenstemmen met
deze vermeld op het gegevensplaatje op de pomp.
• De pomp kan doorlopend werken.
Avviamento
Iniziare la pompa soltanto quando i condotti d'aspirazione e di scarico sono collegati
all'entrata ed all'uscita della pompa. Verificare se non ci sono ostacoli nei condotti.
Starten van de pomp
Men mag de pomp enkel starten indien de zuig- en uitstootbuizen aan de in- en uit-
gang van de pomp zijn aangesloten. Controleer of er geen obstakels in de buizen
aanwezig zijn.
Onderhoud en reiniging
• Uw nieuwe pomp heeft geen specifiek onderhoud of programmatie nodig. Indien de
pomp gedurende een lange tijd niet zal worden gebruikt, dan moet men ze demonte-
ren, reinigen en op een droge en goed verluchte plaats zetten.
• Indien het elektrische snoer is beschadigd, dan moet die door de fabrikant, verte-
genwoordiger of eenderwelke andere geschoolde persoon worden vervangen om elk
risico te vermijden.
• Men moet de pomp regelmatig reinigen door het vuil uit de filter te verwijderen, zo-
dat de toevoerbuis niet wordt geblokkeerd of de pomp niet beschadigd.
• De onderdelen van de pomp, die door het gebruik afslijten en/of worden aangetast,
moeten geregeld worden vervangen om een goed rendement van de pomp te behou-
den.
• Controleer geregeld:
• Het correct vastzitten van de mechanische onderdelen en de staat van de steuns-
chroeven van de machine.
• De correcte positie, het vastzitten en de staat van de stroomgeleiders en van de isole-
rende onderdelen.
• De temperatuur van de machine en van de elektrische motor. Schakel bij onregelma-
tigheden de machine onmiddellijk uit en neem contact op met de dichtsbijzijnde tech-
nische dienst.
32