VERHELPEN VAN STORINGEN
STORING
Er komt rook uit het apparaat
Het apparaat gaat niet aan
Wasmiddel komt niet uit de tank
Geen wasmiddeldosering bij
gebruik van de verwijderbare
applicator
Onvoldoende druk bij de pom-
puitlaat
Instabiele druk
Motor slaat spontaan af
OORZAAK
Oververhitting, overbelasting of
motorschade.
1. Het apparaat staat onder druk.
2. De stekker is niet correct aangeslo-
ten of het stopcontact is defect.
3. Verlengkabel te lang of te klein.
4. De spanning in het elektriciteitsnet
is te laag.
5. Thermische zekering doorgeslagen.
1. De spuittip is niet op lage druk
ingesteld.
2. Verlengslang of hogedrukslang te
lang.
3. Mondstuk verstopt aan pompzijde.
De applicator is verstopt.
1. Het watertoevoerfilter is verstopt.
2. De pomp zuigt lucht uit slangaans-
luitingen.
3. De punt is versleten of te klein.
4. Drukregelaar verstopt of versleten.
5. Kleppen zijn verstopt of versleten.
1. De pomp zuigt lucht aan.
2. Mondstuk verstopt
3. Kleppen zijn vuil, versleten of
verstopt.
4. De hydraulische afdichtingen zijn
versleten.
Verlengkabel te lang of te klein.
· 40 ·
OPLOSSING
Schakel het apparaat uit en neem
contact op met de dealer.
1. Haal de trekker over.
2. Controleer stekker, stopcontact
en zekering.
3. Koppel het verlengsnoer los.
4. Zorg ervoor dat de spanning in
het elektrische netwerk correct is.
5. Schakel het apparaat uit en
wacht tot de motor is afgekoeld.
1. Stel de spuittip in op lage druk.
2. Sluit het apparaat aan op een
waterbron zonder verlengslang of
gebruik een slang van minder dan
7,5 m lang.
3. De verkoper contacteren.
Spoel de applicator af met warm
water.
• Reinig het inlaatfilter.
• Zorg ervoor dat alle aansluitin-
gen en de afdichtklem stevig
vastzitten.
• Maak het zelf schoon of neem
contact op met uw dealer.
• Controleer de dichtheid van de
slangverbindingen.
• Maak het mondstuk schoon
met een reinigingsnaald.
• De verkoper contacteren.
Zorg ervoor dat de voedingsspan-
ning correct is.
REF. 53948