Bediening
6.3.2 Algemene installatie-instructies
•
De installatie van de SAFETY-INDICATOR vermindert de dompeldiepte van het apparaat met
minstens 29 mm.
•
Dankzij de lange schroeven op de SAFETY-INDICATOR kan deze ook worden gebruikt als een "in
hoogte verstelbare steun" om de dompeldiepte te beperken.
•
Om ervoor te zorgen dat de SAFETY-INDICATOR veilig kan worden gemonteerd, moet het
apparaat op een vlakke en geschikte ondergrond worden geplaatst.
•
Afhankelijk van het apparaattype moeten de bovenste moeren van de schroeven worden
verwijderd om de VEILIGHEIDSINDICATOR dienovereenkomstig te monteren (Fig. 4/ Fig. 5).
•
Door de moeren () aan de bovenkant van de montageplaat los te draaien, kunnen de
draadstangen in de sleufgaten indien nodig worden verplaatst () (Fig. 6/ Fig. 7).
•
Nadat de VEILIGHEIDSINDICATOR is geïnstalleerd, moeten alle bevestigingsmoeren weer
worden vastgedraaid!
53100256-003
Afb. 4
Afb. 6
19 / 23
Afb. 5
Afb. 6
NL