Gardena V1 Libro De Instrucciones página 13

NL GARDENA Ventielbox V1 / V3
Vertaling van de originele instructies.
Uit veiligheidsoverwegingen mogen kinderen en jongeren
onder de 16 jaar evenals personen die niet met deze gebruiksaan­
wijzing vertrouwd zijn, dit product niet gebruiken. Personen met
een lichamelijke of geestelijke beperking mogen dit product alleen
gebruiken als ze onder toezicht staan van of geïnstrueerd worden
door een bevoegde persoon. Kinderen moeten onder toezicht
staan, om ervoor te zorgen dat ze niet met het product spelen.
Gebruik het product nooit wanneer u moe of ziek bent of wanneer
u onder invloed bent van alcohol, drugs of geneesmiddelen.
Gebruik volgens de voorschriften:
De ventielboxen zijn bedoeld voor ondergrondse inbouw van de GARDENA
Beregeningsventielen.
Besturingstechniek van de beregeningsventielen:
Beregeningsventiel 9V Bluetooth
• Directe ventielprogrammering met de GARDENA Bluetooth
decentrale ventielinstallatie.
1. VEILIGHEID
BELANGRIJK!
Lees de gebruiksaanwijzing zorgvuldig en bewaar deze om later nog
eens te kunnen nalezen.
OVERWINTEREN!
Houd u zich aan de veiligheidsvoorschriften op de
ventielbox.
Voor het invallen van de vorst: zie 3. OPBERGEN
Buitenbedrijfstelling / Overwinteren.
Lees de veiligheidsaanwijzingen in de instructies
voor gebruik.
2. MONTAGE
Een video over
montage van de
ventielbox V3
vindt u hier:
Aanwijzing: Alle onderdelen alleen met de hand zonder gereed­
schap vastdraaien.
(Afb. 1) Vet alle O-ringen en metalen fixatiebeugels in met bijgaand
siliconenvet.
(Afb. 2.1) Het verdeelstuk (C) heeft drie aansluitmogelijkheden. Draai
afsluitdoppen (D) op de ongebruikte ingangen van het verdeelstuk.
(Afb. 2.2 – 2.5) Steek verdeelstuk en aansluitingen (G) in de box en
schroef ze vast met de moeren (E). Breng de afwateringsdop (F) aan.
(Afb. 3) Steek de lange telescoopbuis (I) in de aansluiting aan uit-
gangszijde (fixatiebeugel naar boven).
(Afb. 4) Draai de korte telescoopbuis (J) in de ingangszijde van het
ventiel. De pijlen op het ventiel geven de doorstroomrichting aan.
(Afb. 5.1) Steek het ventiel met de korte telescoopbuis in de ingangs-
zijde van de box.
(Afb. 5.2) Draai de lange telescoopbuis (I) in de uitgangszijde van het
ventiel.
(Afb. 5.3 + 5.4) Druk de fixatiebeugel naar beneden. Draai de tele-
scoopbuizen eventueel verder naar binnen tot de beugels met geringe
weerstand naar beneden gaan.
GAR_01286-20.960.02_2024-02-26.indd 15 GAR_01286-20.960.02_2024-02-26.indd 15
art. 1285:
®
-app voor
®
Een video over
inbouw van de
ventielen vindt
u hier:
Beregeningsventiel art. 1278 (24 V):
• Maximaal 6 via een kabel aanstuurbare beregeningsventielen met de
besproeiingsbesturing 4030 art. 1283 / 6030 art. 1284 of de smart
Irrigation Control art. 19032 * en de verbindingskabel
art. 1280.
* alleen op bepaalde markten verkrijgbaar.
Centraalfilter inschakelen:
LET OP! Er wordt aangeraden een GARDENA centraal filter
art. 1510 vóór de installatie te monteren om deze te beschermen
tegen vuil. Bij vuilhoudend water moet een filter vóór de gehele
installatie worden gemonteerd.
Het aanhouden van de door GARDENA bijgevoegde instructies
voor gebruik is een vereiste voor het correcte gebruik van de ven­
tielbox.
GEVAAR!
Dit product genereert tijdens de werking een elektromagnetisch veld.
Dit veld kan onder bepaalde omstandigheden invloed hebben op de
werkwijze van actieve of passieve medische implantaten. Om het gevaar
van situaties die kunnen leiden tot ernstige of dodelijke verwondingen
uit te sluiten, dienen personen met een medisch implantaat hun arts en
de fabrikant van het implantaat te raadplegen alvorens dit product te
gebruiken.
GEVAAR!
Kleinere onderdelen kunnen gemakkelijk worden ingeslikt. De polyzak
vormt een verstikkingsgevaar voor kleine kinderen. Houd kleine kinderen
tijdens de montage uit de buurt.
(Afb. 6) Steek een korte telescoopbuis (J) in de open verdeelstukuit-
gang van doorgangen die eventueel niet worden gebruikt.
(Afb. 7) Leg een laag grof grind onder de ventielbox en installeer deze
op gelijk niveau met de grasnerf.
V1: min. 20 x 30 x 10 cm; V3: min. 35 x 30 x 10 cm
(Afb. 8) Gebruik passende verbindingsstukken, volgens de afbeelding,
om meerdere ventielboxen met elkaar te verbinden.
Tip: Schroef meerdere ventielboxen naast elkaar op een houten
plank en zet ze zo vast.
(Afb. 9) Steek de contactstrip (N) in de houder.
(Afb. 10) Aansluiting van 1 ventielbox V3 met 3 24V-ventielen:
• Markeer de ventielen met de genummerde gele stickers (1 – 15) om
ze beter te kunnen toewijzen.
• Strip de enkelvoudige draden van de verbindingskabel (7 x 0,5 mm
art. 1280) en verbind deze met de klemmen 1, 2, 3 op de besproei-
ingsbesturing en van de ventielbox V3. Verbind nog een enkelvou-
dige draad met de klem (C) op de besproeiingsbesturing en met de
ventielbox V3.
• Verbind telkens een draad van ventiel 1, 2 en 3 met de klemmen 1,
2, 3 van de ventielbox. Verbind de tweede draad van de ventielen
met de klemmen (C) in de ventielbox.
Aansluiting van een tweede ventielbox V3 met 3 ventielen:
• Verbind de draden met de klemmen 4, 5, 6 op de besproeiings-
besturing en met de eerste ventielbox V3.
,
2
15
26.02.24 09:29 26.02.24 09:29