●
nadat u een onbekend voorwerp raakt
●
tijdens het uitvoeren van onderhoud
●
als het product abnormaal begint te trillen
■
Het apparaat op geen enkele wijze aanpassen
of reserveonderdelen gebruiken die niet worden
aanbevolen door de fabrikant.
■
Letsels kunnen worden veroorzaakt of ernstiger worden
door verlengd gebruik van een werktuig. Wanneer u het
apparaat voor langere tijd achtereen gebruikt, neem dan
regelmatig een pauze.
■
Als u het product laat vallen, het een ernstige impact
ondergaat of abnormaal begint te trillen, legt u het
product onmiddellijk stil en controleert u het op schade
of zoekt u naar de oorzaak van de trillingen. Enige
schade moet direct worden gerepareerd of vervangen
door een bevoegd onderhoudscentrum.
PERSOONLIJKE BESCHERMUITRUSTING
Goede kwaliteit, persoonlijke beschermuitrusting, zoals
gebruikt door profs help u het risico voor de gebruiker te
verminderen.
De volgende voorwerpen moeten worden gebruikt wanneer
u het product gebruikt:
■
Veiligheidshelm
■
Gehoorbescherming
■
Oog- en gezichtsbescherming
■
Handschoenen
■
Schoeisel
BEDIENING
■
Bedien het product alleen bij temperaturen tussen 0 °C
en 40 °C.
■
Bestudeer de toestand van de boom en takken voor
u het werk begint. Als er tekenen van beschadiging,
rot of bederf zijn, probeer dan niet alleen te snoeien.
Beschadigde of rottende takken zijn bijzonder onstabiel.
Raadpleeg
de
diensten
boomchirurg
■
Sta nooit onder de tak die moet worden gesnoeid.
■
Gesnoeide takken vallen niet altijd recht op de grond. Zij
raken makkelijk verstrikt en worden weggeworpen door
andere bladeren. Zorg ervoor dat een veiligheidszone
van tenminste twee keer de lengte van de tak die
moet worden afgezaagd, beschikbaar is en wordt
onderhouden tijdens het snoeien. Als dit niet mogelijk is,
vraagt u hulp van een professionele boomchirurg.
■
Pas op voor vallende takken of takken die opveren nadat
ze de grond raken.
■
Zorg ervoor dat de vallende tak geen gevaar vormt voor
uzelf, omstaanders of materiële goederen, waaronder
nutsleidingen.
■
Tijdens het gebruik product met beide handen
vasthouden. Gebruik een hand om het voorste handvast
stevig vast te houden. Gebruik de andere hand om het
achterste handvat vast te nemen en de gashendel en
aan-/uitschakelaar te bedienen.
■
Houd het product alleen vast bij het geïsoleerde handvat,
omdat de ketting in contact kan komen met verborgen
bedrading. Zaagkettingen die in contact komen met een
van
een
professionele
spanningvoerende kabel kunnen metalen onderdelen
van het gereedschap blootleggen, waardoor ook het
gereedschap "onder spanning" komt te staan, waardoor
de bediener een elektrische schok kan krijgen
■
Het apparaat wordt geleverd met een draagband.
Gebruik de draagband tijdens het gebruik van het
apparaat. De draagband helpt u om de terugslag van
het product te controleren, nadat de snede is voltooid.
Deze helpt ook om het gewicht van het apparaat
te ondersteunen tijdens het gebruik en tijdens het
verplaatsen tussen snoeiposities.
■
Zoek het snelle ontgrendelmechanisme en oefen dit
voor u de machine begint te gebruiken. Het juiste
gebruik van het snelle ontgrendelmechanisme kan in
geval van nood ernstig letsel voorkomen. Draag nooit
extra kleding of andere voorwerpen over de draagband
heen, die toegang tot het snelkoppelingsmechanisme
biedt.
■
Gebruik het werktuig nooit in een toestand waarbij de
paal zich in een hoek van meer dan 60° is opgesteld.
■
Probeer de takken niet te dicht bij de boomstam te
snoeien. Laat ongeveer 15 cm ruimte tussen de stam
en de insnede.
■
Laat het zwaard op de te snoeien tak rusten en duw de
zaag zachtjes voorwaarts zodat de geribde bumper ook
met de tak in contact komt. Dit zal de stabiliteit en het
zagen bevorderen en voor betere insnedes zorgen.
■
Kleine en dunne, lichtgewicht takken, kunnen met
één zaagsnede worden gesnoeid met behulp van de
onderkant van het zaagblad.
■
Wees uiterst voorzichtig bij het snoeien van lage
struiken en jonge boompjes, want dun materiaal kan
in de zaagketting vastraken en in uw richting worden
geslingerd of u uit balans trekken.
■
Wanneer een tak wordt gezaagd die onder spanning
staat, wees dan bedacht op het terugveren zodat u niet
wordt geraakt wanneer de veerkracht in de houtvezels
wordt vrijgelaten.
■
Zwaardere takken of met een grotere diameter, kunnen
tijdens het zagen breken of splijten, dus maak een
eerste snede van onder de tak met de bovenkant van
het zaagblad. De eerste insnede moet de tak voor
ongeveer een derde doorzagen.
■
Denk eraan om grote takken in beheersbare delen te
snoeien in plaats van als geheel.
■
Probeer een vorige insnede nooit opnieuw te starten met
de ketting en het zwaard in de vorige insnede. Start altijd
een nieuwe insnede. Dit zal het risico op terugslag en
mogelijke letsels verminderen.
■
Als het zaagvermogen mettertijd vermindert, controleert
u of de kettingtanden nog scherp en schoon zijn. Indien
nodig, vervangt u de originele ketting (en het zwaard),
zoals aangewezen door de fabrikant.
■
Als de ketting en het zwaard verstrikt of vast raken in
takken die te hoog zijn om te bereiken, vraagt u het
advies van een professionele boomspecialist over het
veilig verwijderen van het zaagwerktuig.
■
Terugslag kan gebeuren wanneer de neus of de punt
van het zaagblad een voorwerp raakt of het hout de
kettingzaag afknelt in de zaagsnede. Soms kan het
Vertaling van de originele instructies
EN
FR
DE
ES
IT
NL
PT
DA
SV
FI
NO
RU
PL
CS
HU
RO
LV
LT
ET
HR
SL
SK
BG
UK
TR
29