veroorzaken. Pas op voor tekenen (bijvoorbeeld weefselverkleu-
ring) van een belemmerde perifere circulatie als u continu of
gedurende langere tijd metingen verricht.
Langdurige blootstelling aan manchetdruk zal perifere perfusie
verminderen en kan leiden tot letsel. Vermijd situaties van
verlengde manchetdruk die verder gaat dan normale metingen. In
het geval van een abnormaal lange drukuitoefening breekt u de
meting af of maakt u de manchet los om de druk in de manchet te
verminderen.
Gebruik dit apparaat niet in een zuurstofrijke omgeving of in de
buurt van ontvlambaar gas.
Het apparaat is niet waterbestendig of waterdicht. Mors niet op het
apparaat en dompel het niet onder in water of andere vloeistoffen.
Haal het apparaat, accessoires en onderdelen niet uit elkaar en
probeer het niet te repareren tijdens gebruik of opslag. Toegang
tot de interne hardware en software van het apparaat is verboden.
Ongeautoriseerde toegang tot en onderhoud van het apparaat
tijdens gebruik of opslag kan de veiligheid en prestaties van het
apparaat in gevaar brengen.
Houd het apparaat uit de buurt van kinderen en personen die het
apparaat niet kunnen bedienen. Pas op voor de risico's van het
per ongeluk inslikken van kleine onderdelen en verwurging met de
kabels en slangen van dit apparaat en accessoires.
56
m
OPGELET
Geeft een mogelijk gevaarlijke situatie aan die, indien niet vermeden,
kan leiden tot licht of matig letsel bij de gebruiker of patiënt, of schade
aan het apparaat of ander materiaal.
Het apparaat is alleen bedoeld voor het meten van de bloeddruk
aan de pols. Meet geen andere plaatsen, omdat de meting uw
bloeddruk dan niet nauwkeurig weergeeft.
Nadat een meting is voltooid, maakt u de manchet los en rust u >
5 minuten om de ledemaatperfusie te herstellen, voordat u een
nieuwe meting uitvoert.
Gebruik dit apparaat niet tegelijkertijd met andere medische elek-
trische (ME) apparatuur. Dit kan storingen in het apparaat of
onnauwkeurigheden in de metingen veroorzaken.
Gebruik dit apparaat niet in de buurt van hoogfrequente (HF)
chirurgische apparatuur, magnetische resonantie beeldvorming
(MRI) apparatuur en computertomografie (CT) scanners. Dit kan
storingen in het apparaat en onnauwkeurigheden in de metingen
veroorzaken.
Gebruik en bewaar het apparaat, de manchet en de onderdelen
onder de in de «Technische specificaties» gespecificeerde
temperatuur- en vochtigheidsomstandigheden. Gebruik en opslag
van het apparaat, de manchet en onderdelen in omstandigheden
die buiten het bereik vallen dat in de «Technische specificaties»