10. Het rooster installeren
C
D
E
Fig. 10-8
F
nl
C
i-see-Sensor of
signaalontvanger
Waaier
21
B
E
A
Fig. 10-9
E
Fig. 10-10
A
Fig. 10-11
Fig. 10-12
E
Fig. 10-13
10.3.3. De bedrading aansluiten
1 Verwijder de schroef waarmee de kap van de schakeldoos vastzit en open de kap.
2 Sluit de connector van de verbindingsbedrading voor de waaiermotor en de ver-
bindingsdraad voor de waaiermotor van het paneel stevig aan in de schakeldoos.
(Fig. 10-8)
Er zijn twee connectoren voor de waaiermotor: een blauwe connector en een oranje
connector. Zorg ervoor dat de kleuren van de connectoren overeenkomen wanneer
ze worden verbonden.
3 Sluit de kap van de schakeldoos.
Wanneer u de kap van de schakeldoos sluit, schuift u de kap in de richting van de
pijl en zorgt u ervoor dat het uitstekende deel er goed invalt. (Fig. 10-9)
D
A Kap schakeldoos
B Schakeldoos
C Bevestigingsschroef
D Connector voor verbinding
E Connector voor bedrading van de waaiermotor
F Bevestigingsbandje
Voorzichtig:
• Plaats het bevestigingsbandje waarmee de bedrading van de waaiermotor
van het paneel wordt vastgezet in de schakeldoos zoals aangegeven in de
tekening. (Fig. 10-10)
• Wanneer u de kap van de schakeldoos sluit, moet u ervoor zorgen dat de
draden niet klem komen te zitten.
10.3.4. Bedrading van i-see-Sensor en signaalontvanger aanleggen
B
• Installeer de i-see-Sensor en signaalontvanger op de hoeken van het paneel op
de posities met stempel "○" of "□". (De posities kunnen worden gewisseld.)
• Leid de bedrading van de i-see-Sensor en signaalontvanger door de vierkante
openingen op de hoeken van het paneel en bevestig de bedrading.
• Sluit de connector voor de verbindingsbedrading en de bedradingsconnectoren
van de i-see-Sensor en signaalontvanger aan in de schakeldoos.
• Sluit de kap van de schakeldoos.
• Zeker de bedrading van de i-see-Sensor en signaalontvanger op het paneel met
de clip zoals aangegeven in de tekening, zodat er geen speling in de bedrading
zit en snij vervolgens het overtollige eind van de clip af. (Fig. 10-12)
• Plaats de bedrading van de i-see-Sensor en signaalontvanger aan de binnenzijde
van de flens op het paneel.
• Als de positie van de i-see-Sensor is gewijzigd van de positie "○" (E) naar de positie
"□" (F), wijzig dan de functie-instellingen. (Zie pagina 13.)
Voorzichtig:
• Leid de i-see-Sensor en signaalontvanger zoals aangegeven in Fig. 10-13.
• Plaats overtollige verbindingsbedrading van de i-see-Sensor en signaalont-
vanger in de schakeldoos en in de bedradingsklem zoals aangegeven in de
tekening en bind de bedrading samen met de clip. (Fig. 10-14)
Zorg ervoor dat de band die de verbindingsbedrading van de i-see-Sensor en
de signaalontvanger zekert, zich binnen de schakeldoos bevindt. (Fig. 10-15)
• Als de connectoren van de waaiermotor en de signaalontvanger verkeerd zijn
aangesloten, zal de waaier niet bewegen of is er geen communicatie mogelijk
met de afstandsbediening.
A i-see-Sensor
F
B Signaalontvanger
C Clip
D Bedradingsklem
E Stempel "○": standaardpositie voor i-see-Sensor
F Stempel "□": standaardpositie van signaalontvanger
D
Fig. 10-14
C
Fig. 10-15