ook de veiligheidsinstructies van uw lasapparaat in acht.
Zet het lasscherm altijd op, wanneer u last. Indien u het niet
gebruikt, kunt u ernstig netvliesletsel oplopen.
Draag altijd beschermende kleding tijdens het lassen.
Gebruik het lasscherm nooit zonder veiligheidsglas.
Vervang het veiligheidsglas tijdig voor een goed zicht en onver-
moeibaar werken.
z Omgeving met verhoogd elektrisch risico
Bij lassen in omgevingen met een verhoogd elektrisch risico dienen
de volgende veiligheidsinstructies in acht te worden genomen.
Omgevingen met verhoogd elektrisch risico treft u bijvoorbeeld aan:
op werkplekken waar de bewegingsruimte beperkt is, zodat de
lasser in een geforceerde houding (bijv. knielend, zittend, liggend)
werkt en elektrisch geleidende delen aanraakt;
op werkplekken die geheel of gedeeltelijk elektrisch geleidend zijn
begrensd en waar een groot gevaar bestaat door te vermijden of
toevallig aanraken door de lasser;
op natte, vochtige of warme werkplekken, waar de luchtvochtigheid
of transpiratie de weerstand van de menselijke huid en de isole-
rende eigenschappen van de beschermende uitrusting aanzienlijk
verlaagt.
Ook een metalen ladder of een steiger kunnen een omgeving met
verhoogd elektrisch risico scheppen.
In een dergelijke omgeving dienen een isolerende ondergrond en
tussenlagen te worden gebruikt, verder dienen kaphandschoenen en
hoofdbedekkingen van leer of van andere isolerende stoffen te worden
gedragen om het lichaam van aarde te isoleren. De lasstroombron
moet zich buiten het werkgebied c.q. de elektrisch geleidende vlakken
en buiten de reikwijdte van de lasser bevinden.
Aanvullende bescherming tegen een schok door netspanning bij een
storing kan door het gebruik van een aardlekschakelaar zijn voorzien,
die bij een lekstroom van niet meer dan 30 mA wordt gebruikt en alle
inrichtingen voor het netspanningsbedrijf in de buurt voedt. De aard-
lekschakelaar moet voor alle stroomtypen zijn geschikt.
Middelen voor het snel elektrisch ontkoppelen van de lasstroombron
of het lasstroomcircuit (bijv. noodstopinrichting) moeten gemakkelijk
zijn te bereiken.
65
NL/BE