Referentiepunt kiezen
Het referentiepunt (achter)
of het referentiepunt (voor)
28
tactvlak voor alle metingen worden gebruikt. Het referentiepunt moet
voor de meting worden vastgelegd. Anders wijkt het resultaat af van
de daadwerkelijke waarde. De standaard referentiepunt-instelling
is het referentiepunt (achter)
kan door het herhaald indrukken van de referentiepunt-toets
worden gewijzigd totdat het gewenste referentiepunt in de linker
bovenhoek van het display wordt weergegeven.
Eindstuk-referentiepunt
Het eindstuk bij het referentiepunt
vanaf een hoek (diagonaal) of vanaf een moeilijk te bereiken plek
wordt gemeten. Het eindstuk bij het referentiepunt
aan de achterkant van het product. Het eindstuk bij het referentie-
punt
kan zoals in afb. D weergegeven met een scherp gereed-
33
schap (bijvoorbeeld een platte schroevendraaier) of vingernagel
worden uitgeklapt. Na het gebruik moet het eindstuk bij het refe-
rentiepunt
weer worden teruggeklapt.
33
(basis), het referentiepunt (eindstuk)
29
van het product kunnen als con-
30
van het product. Het referentiepunt
29
is handig als er een afstand
33
12
bevindt zich
33
NL/BE
107