NL
dealers.
24. DE COMPRESSOR NIET VERANDEREN De compressor niet
veranderen. Een geautoriseerde assistentiedienst raadplegen
voor alle herstellingen. Een niet geautoriseerde verandering kan
de prestaties van de compressor verminderen, maar kan ook de
oorzaak zijn van ernstige ongelukken voor de personen die niet
de nodige technische kennis bezitten om de veranderingen uit te
voeren.
25. DE DRUKREGELAAR AFZETTEN ALS DE COMPRESSOR
NIET GEBRUIKT WORDT Als de compressor niet gebruikt
wordt, de hendel van de drukregelaar in stand "0" (OFF) zetten,
de compressor ontkoppelen van de stroom en het kraantje van
de lijn openen om de samengeperste lucht uit de tank te laten.
26.
DE WARME DELEN VAN DE COMPRESSOR
AANRAKEN
Om brandwonden te vermijden, de buizen, de motor en alle andere
warme delen niet aanraken.
27.
DE LUCHTSTRAAL
LICHAAM RICHTEN Om risico's te vermijden nooit de
luchtstraal op personen of dieren richten.
28. CONDENSWATER VAN DE TANK AFVOEREN Dagelijks of
elke 4 werkingsuren de tank ontladen. Het afvoermechanisme
openen en de compressor laten overhellen, indien nodig, om het
verzamelde water te verwijderen.
29. DE COMPRESSOR NIET STILZETTEN DOOR AAN DE
VOEDINGSKABEL TE TREKKEN
De schakelaar "0/I" (ON/OFF) van de drukregelaar gebruiken om
de compressor stil te zetten.
30. PNEUMATISCH CIRCUIT
De aangeraden buizen, pneumatisch gereedschap gebruiken die
een druk hoger of gelijk aan de maximum werkingsdruk van de
compressor verdragen.
VERVANGSTUKKEN
Voor de herstellingen enkel originele vervangstukken gebruiken die
identiek zijn aan de vervangen delen. De herstellingen moeten
enkel uitgevoerd worden door een geautoriseerde assistentiedienst.
WAARSCHUWINGEN
INSTRUCTIES VOOR DE AARDING
Deze compressor moet geaard worden, terwijl hij in gebruik is, om
de bediener te beschermen tegen elektrische schokken. De
ÈÈnfase-compressor is voorzien van een tweepolige kabel plus
aarde. De driefase-compressor is voorzien van een elektrische
kabel zonder stekker. De elektrische verbinding moet uitgevoerd
worden door een gekwalificeerd technicus. Wij raden aan nooit de
compressor te demonteren en ook geen andere verbindingen in de
drukregelaar te maken. Eender welke herstelling moet enkel
uitgevoerd worden door geautoriseerde assistentiediensten of door
ander gekwalificeerde centra. Nooit vergeten dat de draad voor de
aarding de groene of de geel/groene is. Nooit deze groene draad
verbinden met een terminal in werking. Alvorens de stekker van de
voedingskabel te vervangen, ervoor zorgen dat de aardingsdraad
verbonden is. Bij twijfel een gekwalificeerde elektricien roepen en
de aarding laten controleren.
VERLENGSNOER
Enkel een verlengsnoer met stekker en aarding gebruiken, nooit
beschadigde of platgedrukte verlengsnoeren gebruiken. Zich ervan
vergewissen dat het verlengsnoer in goede staat is. Als men een
verlengkabel gebruikt zich ervan vergewissen dat de doormeter van
de kabel voldoende is om de stroom geabsorbeerd door het product
dat u zal verbinden te dragen. Een te dun verlengsnoer kan
spanningsverlagingen veroorzaken en zodoende een verlies van
kracht en een overdreven verhitting van het apparaat. De
verlengkabel van de ÈÈnfase-compressoren moet een doormeter
hebben overeenkomstig zijn lengte, zie tabel (tab. 1)
Tab. 1 DOORMETER GELDIG VOOR
LENGTE 20 mt ÈÈnfase
HP
kW
0.75
0.65
1
0.75
1.5
1.1
2
1.5
3
2.2
NIET RECHTSTREEKS
OP HET
DE MAXIMUM
220/230V
110/120V
50 Hz
60 Hz
(mm²)
(mm²)
1.5
2.5
1.5
2.5
2.5
2.5
4 -6
4
28
Alle risico's op elektrische ontladingen vermijden. De compressor
nooit gebruiken met een beschadigde elektrische kabel of
verlengsnoer. Regelmatig de elektrische kabels controleren. De
compressor nooit gebruiken in of dichtbij water of in de nabijheid
van een gevaarlijke omgeving waar elektrische ontladingen
kunnen voorkomen.
DES GEBRUIKS EN ONDERHOUDS INSTRUCTIES BEWAREN EN
ZE TER BESCHIKKING STELLEN VAN DE PERSONEN DIE DIT
NIET
NOTA: De informatie die u in dit handboek vindt werd geschreven
om de bediener
onderhoudsbehandelingen van de compressor. Sommige illustraties
van dit handboek tonen enkele details die kunnen verschillen van die
van uw compressor.
Nadat u de compressor uit de verpakking gehaald heeft (fig. 1) en
zijn perfecte staat heeft vastgesteld, en nadat u geconstateerd heeft
dat het geen schade heeft geleden tijdens het transport, dient u de
volgende handelingen uit te voeren.
Bevestig de wielen en de banden, waar deze nog niet gemonteerd
zijn, aan de tanks door de instructies die in (fig. 2) weergegeven zijn,
te volgen. Bevestig, bij de compressoren waar het los bijgeleverd is,
ook het luchtfilter (fig.2B).
COMPRESSOREN ZONDER TANK (FIG.21)
Bevestig de zuignappen onder de basis van de groep zoals
aangegeven in (fig.2A). Plaats de compressor op een vlakke
ondergrond of op zijn hoogst met een helling van 10° (fig. 3), op een
goed geventileerde plek, beschermd tegen weersfactoren en niet in
ruimten met explosiegevaar. Als de ondergrond schuin en glad is,
controleert u dan of de compressor zich niet verplaatst als deze in
werking is. Is dat wel het geval, blokkeer dan de wielen met twee
wiggen. Als de ondergrond een plank of een schap is, verzekert u
zich er dan van dat het er niet af kan vallen door het op een
geschikte manier vast te zetten. Om een goede ventilatie en een
efficiënte afkoeling te bewerkstelligen, is het belangrijk dat de
compressor minstens 50 cm van iedere willekeurige wand verwijderd
is (fig. 4).
DEZE COMPRESSOREN WERKEN ZONDER OLIE (4A)
- Let erop dat de compressor op de juiste manier vervoerd wordt,
keer het niet ondersteboven en hef het niet op met haken of
touwen. (fig. 5 - 6)
De monofase-compressoren worden compleet met elektrische
kabel en bipolaire stekker + aardleiding geleverd. Het is
belangrijk de compressor aan te sluiten op een stopcontact met
een aardleiding. (fig. 7)
De aarding dient volgens de veiligheidsvoorschriften uitgevoerd
te worden (EN 60204). De stekker van de voedingskabel dient
niet als schakelaar gebruikt te worden, maar dient in een
stopcontact, bestuurd door een geschikte differentiaalschakelaar
(thermomagnetisch), gestoken te worden.
Controleer of de netspanning overeenkomt met die aangegeven
op het plaatje met de elektrische gegevens (fig. 8). Het
toegelaten tolerantieveld dient binnen de ± 5% te liggen.
COMPRESSOR MET TANK (Fig.20): Draai of druk, afhankelijk
van het type drukregelaar dat op het apparaat gemonteerd is, de
knop op het bovenste gedeelte op stand "0" (fig. 9). Steek de
4
stekker in het stopcontact (fig.7) en draai de knop op stand "I".
/
Maak de rubberen slang of de spiraalslang aan het daarvoor
WAARSCHUWINGEN
APPARAAT WILLEN GEBRUIKEN!
GEBRUIK EN ONDERHOUD
bij te staan tijdens het
INSTALLATIE
COMPRESSOREN MET TANK (FIG.20)
GEBRUIKSAANWIJZINGEN
ELEKTRISCHE AANSLUITING
LET OP:
VOORBEREIDING
gebruik en de