1. Universele handy
1.1 functies
De volgende functies kunt u met de universele
handy besturen:
In combinatie met het meertreinen-systeem MZS:
• Rijrichting en snelheid
• Serieel of parallel bedienen van de extra func-
ties en het licht bij de desbetreffende locomo-
tieven
• Programmeren van de locadressen 00-22
• Schakelen van de MZS toebehoren decoders
(1 -128)
• Schakelen en programmeren van max. 10 rijwe-
gen
• Besturen en programmeren van max. 10 dub-
beltracties
• Programmeren van MZS locdecoders en MZS
wisseldecoders (55024 en 55025)
• Naar keuze met LGB 55050/55055 uit te breiden
tot radiografische afstandsbesturing.
In combinatie met de analoge rijregelaar 51070:
• Rijrichting en snelheid met instelbaar regelbe-
reik.
Gebruiksmogelijkheden alleen in combinatie
!
met de LGB radiografische afstandsbesturing
55050/55055.
0
STOP
55015 p
1
5
ID#
9
Achteruit,
wissel
recht,
sein rood
18
125963_55015_Universalhandy_A5.indd 18
Noodstop
Controlelamp
Display
2
3
4
Toets
Symbool
6
7
8
Controlelamp
0
Omschakelen
rijden/toebe-
F
horen
Vooruit,
wissel
gebogen,
sein groen
Stop loc,
rijrichting
veranderen
1.2 Aansluiten aan het meertreinen-systeem
Aan de universele handy bevindt zich een aans-
luitkabel met een vierkante westernstekker aan
het eind van de kabel. Deze westernstekker sluit
u op de MZS centrale aan op de met LGB-bus
gemarkeerde stekkerbus.
Het batterijvak wordt gebruikt voor het radiografi-
sche bedrijf met 55050/55055.
2. Het bedrijf met het meertreinen-
systeem MZS
De toetsen op uw universele handy zijn voorzien
van een cijfer, letter en/of symbool. Elk van deze
symbolen komt overeen met een functie. Om een
functie aan te sturen drukt u op de toets
gele controlelamp boven de toets
u in de functiewissel bent. Hierna drukt u op de
toets die toegewezen is aan de gewenste functie
(toets
–
).
1
9
2.1 Kiezen van het locadres
• Toets
en dan toets
F
het laatst gebruikte adres
(
vooruit,
achteruit) en de laatst gebru-
xx
xx
ikte rijstap weergegeven.
• Om van adres te wisselen de toets
ken, het display toont
• Locadres met twee cijfers invoeren (00 – 22)
• Het nieuwe locadres wordt weergegeven bijv.
L 3
• Indien het gekozen locadres door een andere
regelaar gebruikt wordt, licht de bovenste con-
trolelamp niet op (geldt niet bij radiografisch
bedrijf). Een dergelijke loc kan pas bestuurt
worden als deze vrijgegeven is. Hiervoor moet
op de andere rijregelaar deze loc ca. 4 sec op
nul staan.
• Als er een ongeldig adres ingevoerd wordt,
schakelt het display automatisch weer op
2.2 Rjrichting en snelheid
• Met de pijltoetsen in het onderste bedie-
ningsdeel wordt de rijrichting en de snelheid
bestuurd. Pijltoets
vooruit/sneller, pijltoets
achteruit/langzamer, toets
• Opnieuw indrukken van de toets
de rijrichting en daarmee de locverlichting
zonder dat de loc gaat rijden.
• Door kort op de pijltoetsen te drukken verhoogt
of verlaagt u de snelheid met een rijstap. Houdt
u de pijltoets langer ingedrukt dan versneld of
remt de loc voortdurend (zie de reactietijd van
de pijltoetsen programmeren). Nadat de loc
. De
F
geeft aan dat
F
indrukken, nu wordt
2
, de rijrichting
L x x
indruk-
0
.
L - -
.
L - -
stop (loc).
verandert
25.04.2013 13:17:23