INSTALLATIE
- Verwijder het linkerpaneel (A).
A
A
- Boor gaten met een punt van Ø 6 mm in de aangegeven punten.
- Verwijder het voorgeperforeerde gedeelte (B).
- Maak de geflenste koppeling (2) vast met acht schroeven (5).
5
5
Maak de ventilator (1) vast aan de geflenste koppeling (2) met de
onderlegplaatjes (4) en de moeren (5).
- Sluit de afvoer van de ventilator aan met een (niet bijgeleverde)
flexibele pijp van Ø 75 mm op de warme luchtstroomopening.
B
- Voer de elektrische aansluitingen uit (zie het ELEKTRISCHE SCHEMA).
- Sluit de uiteinden van de kabel (3) aan op de ventilator (1).
- Steek de 2-pinsklem (D) van de kabel in de positie "AUX 1" van de
- Bevestig de aardingskabel op de kaart.
-
- Bevestig de kabel met de klemmen (6).
a
2
2
5
5
5
5
- Plaats de bekleding opnieuw.
- Voor het regelen van de snelheid, zie het boekje INSTRUCTIES MET
DT2002926_H07033500_02
4
5
kaart (E).
De elektriciteitskabels MOGEN NIET in contact komen met
warme of bewegende onderdelen.
C
C
BETREKKING TOT DE WERKING, paragraaf "ENABLE V2".
5
4
1
2
4
5
1
1
3
3
D
D
17