8.
Optionele functies
8.2 Bewaarfunctie
Om de hold-functie te activeren, moet deze eerst aan de functietoets worden
toegewezen (zie beschrijving in hoofdstuk 8.1).
De hold functie kan geprogrammeerd worden in de setting mode (zie aparte
beschrijving Gebruikersmodus UCAL 1 pos. 02). Standaard is de hold-functie niet
actief.
De volgende wachtwoordfuncties zijn beschikbaar:
De standby-modus kan worden geactiveerd of gedeactiveerd door in de
weegmodus op de functietoets te drukken.
8.3 Print/IT-interface (met optionele RS232-interface)
Met de optionele RS232 seriële interface kan op de terminal een printer of IT/pc
worden aangesloten.
De interfacefunctie wordt volgens de afzonderlijke beschrijving 470.702.119
Gebruikersmodus en 470.508.059 Data-interface geconfigureerd.
De afdruk van de gegevensrecordtransmissie kan met de Afdruktoets of een
IT-vraag worden gestart.
68
Retentiewijze
Functie
0
Niet actief
1
Houd bij stabiliteit
2
Houd bij stabiliteit
3
Max. volwaardigheid
4
Max. volwaardigheid
5
Sleepindicator
6
Sleepindicator
Functie verwijderen
-
Aan/uit-knop
Het ontladen van de Balans
Aan/uit-knop
Het ontladen van de Balans
Aan/uit-knop
Het ontladen van de Balans