Veiligheid
3.7
Service
■
Laat het elektrische gereedschap alleen
door gekwalificeerd personeel en met ori-
ginele reserveonderdelen repareren. Zo
wordt gegarandeerd dat de veiligheid van het
elektrische gereedschap behouden blijft.
■
Onderhoud beschadigde accu´s in geen
geval. Alle onderhoudswerkzaamheden aan
de accu´s moeten door de fabrikant of een
geautoriseerde klantenservice worden uitge-
voerd.
3.8
Veiligheid - Speciale eisen voor
kettingzagen (EN 60745 deel 2-13)
■
Houd bij lopende zaag alle lichaamsdelen
uit de buurt van de zaagketting. Contro-
leer voor het starten van de zaag of de
zaagketting niets aanraakt. Bij werkzaam-
heden met een kettingzaag kan een moment
van onoplettendheid ertoe leiden dat kleding
of lichaamsdelen door de zaagketting gegre-
pen worden.
■
Houd de kettingzaag altijd met uw rechter-
hand aan de achterste greep en uw linker-
hand aan de voorste greep vast. De ket-
tingzaag in omgekeerde werkhouding vast-
houden, verhoogt het risico op letsels en mag
niet toegepast worden.
■
Houd het elektrische gereedschap vast
aan de geïsoleerde greepvlakken, omdat
de zaagketting in aanraking kan komen
met de eigen stroomkabel. Het contact van
de zaagketting met een spanningvoerende
kabel kan metalen apparaatonderdelen onder
spanning zetten en tot een elektrische schok
leiden.
■
Draag veiligheidsbril en gehoorbescher-
ming. Overige bescherming voor hoofd,
handen, benen en voeten wordt aanbevo-
len. Geschikte werkkleding vermindert het
letselgevaar door rondvliegende spaanders
en toevallig aanraken van de zaagketting.
■
Werk nooit vanuit een boom met de ket-
tingzaag. Wanneer u vanuit een boom werkt,
bestaat gevaar voor persoonlijk letsel.
■
Let altijd op een stabiele positie en ge-
bruik de kettingzaag alleen wanneer u op
een stevige, veilige en vlakke ondergrond
staat. Gladde ondergrond of onstabiele
standvlakken zoals op een ladder, kunnen
leiden tot evenwichtsverlies of tot controle-
verlies over de kettingzaag.
442216_a
■
Houd er bij het knippen van een tak die
onder spanning staat rekening mee dat
deze terugveert. Wanneer de spanning in de
houten vezels vrijkomt, kan de tak onder
spanning de bedienende persoon raken en/of
de kettingzaag aan de controle onttrekken.
■
Wees bijzonder voorzichtig bij het knip-
pen van onderbegroeiing en jonge bomen.
Het dunne materiaal kan verstrikt geraken in
de zaagketting en tegen u slagen of u uit
evenwicht brengen.
■
Draag de kettingzaag bij de voorste greep
in uitgeschakelde toestand, de zaagket-
ting van uw lichaam afgewend. Bij het
transport of het opbergen van de ketting-
zaag moet de beschermkap altijd gebruikt
worden. Zorgvuldige omgang met de ketting-
zaag vermindert de waarschijnlijkheid van
een toevallige aanraking met de lopende
zaagketting.
■
Volg de aanwijzingen voor de smering, de
kettingspanning en het vervangen van
toebehoren. Een foutief gespannen of ge-
smeerde ketting kan scheuren of het terug-
slagrisico verhogen.
■
Zorg dat de grepen droog, schoon en vrij
van olie of vet blijven. Vette, olieachtige
grepen zijn glibberig en leiden tot controle-
verlies.
■
Zaag alleen hout. Gebruik de kettingzaag
niet voor werkzaamheden waarvoor deze
niet bedoeld is. Voorbeeld: gebruik de ket-
tingzaag niet om plastic, metselwerk of
bouwmaterialen die niet van hout zijn, te
zagen. Het gebruik van de kettingzaag voor
niet-reglementaire werkzaamheden kan tot
gevaarlijke situaties leiden.
3.9
Oorzaken van een terugslag en het
voorkomen ervan (EN 60745 deel 2-13)
Terugslag kan optreden wanneer het uiteinde
van het zaagblad een voorwerp raakt of wanneer
het hout buigt en de zaagketting in de snede
vastklemt.
Een aanraking met het zaagbladuiteinde kan in
veel gevallen tot een onverwachte, achterwaartse
reactie leiden, waarbij het zaagblad naar boven
en in de richting van de bedienaar wordt gesla-
gen.
Wanneer de zaagketting aan de bovenkant van
het zaagblad klem raakt, kan het blad hierdoor
heftig in de richting van de bedienaar terugslaan.
51