Onderhoud En Service - Dremel 3D20 Traducción De Las Instrucciones Originales

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 81
Probleem
Onjuiste objectlocatie op het
printbed
De PLA wordt niet geëxtrudeerd of
blijft niet aan het printbed kleven
Tijdens gebruik loopt de Dremel
3D-software of de computer vast.
De Dremel 3D20 is vastgelopen
voordat de bouwbewerking van uw
object is begonnen.
Het 3D-bestand wordt geladen met
een waarschuwing dat het bestand
niet is afgesloten.
De ondersteuningsstructuren komen
niet los bij het schoonmaken, met
als gevolg een inferieure kwaliteit
van het gebouwde object.
Het gebouwde object is één grote
brij.
Het object is slechts gedeeltelijk
gebouwd.
Er komt geen filament uit de
extruder
De extruder wil niet terug naar de
beginpositie
De plastic lagen van steile
overhangende delen zijn draderig
of gerafeld

ONDERHOUD EN SERVICE

Oorzaak
De Dremel 3D20 is de exacte
locatie van de extruder kwijt en
kan zo geen bouwbewerkingen
uitvoeren.
Dit kan gebeuren wanneer het
printbed en de extruder niet goed
op elkaar zijn afgesteld.
De software is soms minder slim
dan u en loopt dan vast.
Mogelijk heeft de Dremel 3D20
tegenstrijdige opdrachten
ontvangen.
Er is iets mis met het ontwerp van
het 3D-bestand en het bestand
bevat open oppervlakken.
De positie van de
ondersteuningsstructuur is niet
optimaal.
Een laag van uw object heeft
zich niet goed vastgehecht; het
model is opgeslagen met een
te klein oppervlak dat contact
maakt met het printbed; of het
object heeft als het ware boven
het printbed gezweefd zonder
ondersteuningsstructuur.
Het filament is halverwege
opgeraakt.
Het filament heeft de extruder
verstopt tijdens het bouwen.
De extruder zit verstopt
Er is een mankement aan de kabel
van de eindschakelaar
De overhangende delen bevinden
zich te ver van elkaar af, of zijn te
steil (hoek van <45 graden).
158
Oplossing
Door de extruder naar de
beginpositie terug te zetten,
wordt de Dremel 3D20 opnieuw
gekalibreerd. Annuleer uw object,
verwijder het object van het
printbed, zet de extruder terug
in de beginpositie, en start de
bouwbewerking opnieuw.
Door het printbed af te stellen,
wordt de extruder uitgelijnd en
bent u verzekerd van een goede
objectkwaliteit. Annuleer uw object,
verwijder het object van het
printbed, stel het printbed opnieuw
af, en start de bouwbewerking
opnieuw.
Sla zo mogelijk eventueel
geopende bestanden op, en start
de Dremel 3D20-software of uw
computer opnieuw op.
Zet de voedingsschakelaar uit,
wacht 30 seconden, en zet de
voedingsschakelaar weer aan.
Open het 3D-bestand met CAD-
bewerkingssoftware om alle open
oppervlakken te sluiten.
Stel de positie in het 3D-bestand
van de Dremel 3D20 opnieuw
in om de hoeveelheid
ondersteuningsstructuur tot een
minimum te beperken, of plaats
de ondersteuning op een minder
kritieke plek.
Gebruik de voorbeeldweergave
in Dremel 3D om de eerste
laaghoogte en -positie te
controleren. Gebruik zo nodig
ondersteuningsstructuren.
Vervang het filament en start de
bouwbewerking opnieuw.
Zie het onderdeel 'Er komt geen
filament uit de extruder'.
Gebruik de extruderontstopper om
het filament door de extruder te
duwen.
Neem contact op met de
klantenservice.
Neem contact op met de
klantenservice.
Gebruik ondersteuningsstructuren.

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido