Camera monteren
8
Camera monteren
8.1
Benodigd gereedschap
Voor inbouw en montage heeft u de volgende gereedschappen nodig:
Set boren (afb. 1 1, pagina 3)
•
Boormachine (afb. 1 2, pagina 3)
•
Schroevendraaier (afb. 1 3, pagina 3)
•
Set ring- of steeksleutels (afb. 1 4, pagina 3)
•
Maatstaf (afb. 1 5, pagina 3)
•
Hamer (afb. 1 6, pagina 3)
•
Center (afb. 1 7, pagina 3)
•
Voor de elektrische aansluiting en de controle daarvan heeft u de volgende hulpmiddelen
nodig:
Diodetestlamp (afb. 1 8, pagina 3) of voltmeter (afb. 1 9, pagina 3)
•
Krimptang (afb. 1 10, pagina 3)
•
Isolatieband (afb. 1 11, pagina 3)
•
•
Evt. kabeldoorvoertulen
Voor het bevestigen van de kabels hebt u evt. nog meer kabelbinders nodig.
8.2
Camera monteren
!
VOORZICHTIG!
Kies de plaats van de camera zo en bevestig hem zo vast, dat in geen geval in de buurt
staande personen gewond kunnen raken, b. v. omdat over het dak van het voertuig
strijkende takken de camera afbreken.
I
INSTRUCTIE
Als door de aanbouw van de camera de voertuighoogte of voertuiglengte zoals
aangegeven in de voertuigpapieren wordt veranderd, moet er een nieuwe inspectie
door de betreffende instanties plaatsvinden (in Duitsland: TÜV, DEKRA etc.).
Laat de nieuwe inspectie door de betreffende dienst voor wegverkeer in de
voertuigpapieren zetten.
Neem bij de montage de volgende instructies in acht:
•
Breng de camera voor een goed perspectief op minstens twee meter hoogte aan.
Zorg bij de montage voor een voldoende stevige werkplek.
•
Let erop, dat de montageplaats van de camera stevig genoeg is (er kunnen b. v. takken die
tegen het dak komen, verstrikt raken in de camera).
86
CAM80AHD
NL