WAARSCHUWING
WAARSCHUWING Altijd het veiligheidstuigje gebruiken.
!
WAARSCHUWING Controleer voor gebruik of het wiegje, het kinderwagenzitje,
!
of het autostoeltje goed vast zit op het kinderwagenchassis.
WAARSCHUWING Zorg ervoor dat alle vergrendelingsmechanismes vast zitten
!
voor dat je het product gebruikt.
WAARSCHUWING Laat het kind niet met dit product spelen.
!
WAARSCHUWING Zorg ervoor dat het kind uit de buurt is tijdens het in- en
!
uitklappen van het product om letsel te voorkomen.
Montage door volwassene vereist.
!
Gebruik de kinderwagen alleen voor een kind dat minder dan 22 kg weegt. Als
!
het kind niet past, kan dit de wandelwagen beschadigen.
Om een gevaarlijke en instabiele conditie te vermijden, mag u niet meer dan 4,5
!
kg in de opbergmand plaatsen.
WAARSCHUWING Nooit het kind zonder toezicht laten. Let altijd op uw kind als
!
het in de wandelwagen zit.
Gebruik de wandelwagen met slechts één kind tegelijk. Leg nooit handtassen,
!
boodschappentassen, pakjes of onderdelen van toebehoren op de greep of de kap.
Gebruik uitsluitend vervangende onderdelen die zijn geleverd of aanbevolen
!
door de fabrikant/distributeur.
Lees alle aanwijzingen in deze handleiding voordat u het product gebruikt.
!
Bewaar de handleiding voor later gebruik. Niet-naleving van de waarschuwingen
en de instructies kan ernstig letsel of de dood veroorzaken.
Om ernstig letsel te vermijden door vallen of uit de wagen glijden, moet u altijd
!
de riemen gebruiken.
Zorg er voor dat het lichaam van uw kind geen bewegende onderdelen raakt bij
!
het aanpassen van de wandelwagen..
Het kind kan in de beenopeningen glijden en gewurgd worden als het harnas
!
niet wordt gebruikt.
Gebruik de wandelwagen nooit op trappen of roltrappen.
!
Uit de buurt houden van voorwerpen, vloeistoffen en elektronica met een hoge
!
temperatuur.
Laat uw kind nooit rechtop staan in de wandelwagen of met het hoofd naar de
!
voorkant van de wandelwagen zitten.
Plaats de wandelwagen nooit op wegen, hellingen of gevaarlijke gebieden.
!
Zorg ervoor dat alle mechanismen vastgezet zijn voordat u de wandelwagen
!
gebruikt.
Om verstikking te voorkomen, mag u geen voorwerpen met een koord rond de
!
hals van uw kind hangen, koorden van dit product laten hangen of koorden aan
speelgoed bevestigen
Elke last bevestigd aan de greep en/of op de achterkant van de rugsteun of de
!
zijkanten van de wandelwagen beïnvloeden de stabiliteit van de wandelwagen.
Til de wandelwagen niet op als er een kind in zit.
!
Gebruik de opbergmand niet om een kind in te plaatsen.
!
Om omvallen te voorkomen, moet u het kind nooit in de wandelwagen laten
!
klimmen. Til het kind altijd in en uit de wandelwagen.
69
Om afgeklemde vingers te voorkomen, moet u opletten bij het in- en uitvouwen
!
van de wandelwagen.
Zorg ervoor dat de wandelwagen volledig geopend of dichtgevouwen is voordat
!
u uw kind in de buurt laat komen.
Om voor de veiligheid van uw kind te zorgen, moet u ervoor zorgen dat alle on-
!
derdelen goed zijn gemonteerd en vastgezet voordat u de wandelwagen gebruikt.
Voorkom verstikking door er voor te zorgen dat uw kind niet door de kap wordt bedekt.
!
Gebruik altijd de remmen bij het parkeren van de wandelwagen.
!
Stop het gebruik van de wandelwagen als deze is beschadigd of gebroken.
!
De wandelwagen mag alleen met een loopsnelheid gebruikt worden. Dit product
!
is niet bedoeld voor gebruik tijdens het joggen.
Om verstikking te voorkomen, moet u de plastic zak en verpakkingsmaterialen
!
verwijderen voordat u de stoel gebruikt. Houd de plastic zak en verpakkingsma-
terialen buiten bereik van baby's en kinderen.
Voor kinderstoeltjes die gebruikt worden in combinatie met een chassis, ver-
!
vangt dit voertuig geen draagwieg of bed. Als uw kind moet slapen, moet u het
in een geschikte kinderwagen, wieg of bed leggen.
Dit product is niet geschikt om mee hard te lopen of te skeeleren.
!
Wandelwagen ontworpen voor gebruik vanaf de geboorte, gebruik de meest
!
vlakke stand voor pasgeboren baby's.
Bij het plaatsen en verwijderen van het kind moet de parkeerrem geactiveerd zijn.
!
Gebruik nooit accessoires, onderdelen of componenten die niet door de fabri-
!
kant zijn gemaakt of goedgekeurd.
Hang niets aan de greep, de rugleuning of de zijkanten van de kinderwagen. Elke extra
!
belasting beïnvloedt de stabiliteit van de kinderwagen en kan deze doen omvallen.
Men moet extra voorzichtig zijn bij gebruik in bewegende voertuigen en het kind moet
!
niet onbeheerd achter worden gelaten, zelfs niet wanneer de rem is geactiveerd.
Montage wandelwagen
Lees alle aanwijzingen in deze handleiding voordat u het product opzet en gebruikt.
Open wandelwagen
Maak de opberggrendel los van de opbergbeugel
2
- 3
omlaag met uw voet
, als u een klik hoort, betekent dit dat de wandelwagen volledig geopend is.
!
Controleer of de wandelwagen volledig open is gezet voor u doorgaat.
Voorwielen monteren
Monteer de voorwielen aan de voorpoten. Controleer of de wielen goed vast zitten door ze omlaag te trekken.
Trek de vergrendelknoppen naar achteren om de voorwielen te verwijderen.
Achterwielen monteren
Monteer de achterwielen op de achterpoten
5
. Controleer of de wielen goed vast zitten door ze omlaag te trekken.
Klik de remkabel in de bevestigingstabs onder de vierkante buizen om deze vast te zetten.
Kap monteren
Steek de kapscharnieren in de kapbevestiging om de kap te monteren
achterkap aan de rugleuning te bevestigen.
8
De volledig gemonteerde wandelwagen is afgebeeld in
- 1
- 2
2
en til de hendel omhoog
2
, druk de voetplaat
4
6
7
en plak de klittenbanden vast om de
9
.
3
70