WERKING
VEILIGE BEDIENING VOORZORGSMAATREGELEN
BefAlvorens de motor voor de eerste keer te laten draaien, bekijk
hierboven weer het VEILIGHEIDSINFORMATIE deel op pagina 54.
Start de motor voor uw eigen veiligheid niet in een gesloten ruimte
zoals een garage. De uitlaatgassen van uw motor bevatten giftige
koolstofmonoxidegassen die zich in een gesloten ruimte snel kunnen
concentreren en ziektes of de dood kunnen veroorzaken.
WAARSCHUWING
Uitlaatgassen bevatten giftig koolstofmonoxidegas dat zich in
een gesloten ruimte tot gevaarlijke niveaus kan concentreren.
De inademing van koolstofmonoxide kan leiden tot
bewustzijnsverlies of de dood.
Laat de motor nooit draaien in een gesloten of zelfs een
gedeeltelijk gesloten ruimte waar mogelijk mensen aanwezig
zijn.
Bekijk opnieuw de voorschriften die bij de uitrusting zijn geleverd en
die door deze motor worden aangedreven voor alle veiligheid
voorzorgsmaatregelen die opgevolgd dienen te worden bij het starten,
uitschakelen en werking.
Gebruik de motor niet op hellingen groter dan 20°.
GEBRUIKSFREQUENTIE
Als uw grasmaaier onregelmatig of periodiek wordt gebruikt (meer
dan 4 weken tussen elk gebruik), raadpleeg dan het onderdeel
Brandstof van het hoofdstuk OPLSAG (pagina 60) voor aanvullende
informatie over brandstofverval.
DE MOTOR STARTEN/STOPPEN (Alle soorten)
Raadpleeg de onderstaande individuele diagrammen om het type
bedieningselement van de motor te bepalen wanneer het deel van de
Werking en andere delen van de handleiding worden
• Brandstofklep: Draai de brandstofklep [1] in de stand ON.
• Handmatige Choke (Toepassing soorten): Schuif de chokestang
[1] naar de ON (AAN) stand (koude motor).
Schuif de chokestang dan naar de stand OFF (UIT) zodra de
motor warm genoeg is om zonder de choke te draaien.
•
Gasklep
Instelling:
Het wordt voor de beste motorprestatie
aanbevolen om de motor met de gasklep in de FAST (SNEL) (of
hoge) stand te laten
draaien.
• Startergreep: Trek lichtjes aan de startergreep [4] totdat een
weerstand wordt gevoeld, trek dan hard.
MEDEDELING
Laat de startergreep niet tegen de motor terugspringen. Laat hem
langzaam teruggaan om schade aan de starter te voorkomen.
• Opnieuw Gestart: Laat de motor minimaal drie minuten
warmdraaien voordat u deze afzet om ervoor te zorgen dat het
Auto Choke System™ makkelijk opnieuw kan worden gestart en
optimaal presteert. Bij temperaturen lager dan 21°C moet u de
motor langer laten warmdraaien.
• Brandstofklep: Draai de brandstofklep (kraan) in de stand OFF.
Als uw uitrusting gedurende 3 tot 4 weken niet zal worden gebruikt,
dan raden we aan om de brandstop uit de carburator van de motor
te verwijderen. U kunt dit doen door de brandstofklep in de stand
OFF (Uit) te zetten, de motor opnieuw te starten en de resterende
brandstof op te gebruiken.
Type 1: Vliegwiel Rem, Choke/Gasklep op Afstand
DE MOTOR STARTEN
1. Plaats de gasklepregeling zodanig dat de choke/gasklephefboom*
[2] zich in de CHOKE stand beweegt (koude motor).
2. Plaats de remregeling van het vliegwiel zodanig dat de
remhefboom* [3] van het vliegwiel in de RUN stand staat.
3. Trek lichtjes aan de startergreep totdat een weerstand wordt
gevoeld, trek dan hard.
4. Schuif de choke/gasklephefboom [2] dan naar de FAST (SNELLE)
(of hoge) stand, zodra de motor warm genoeg is om zonder de
choke te draaien.
DE MOTOR STOPPEN
1. Schuif de choke/gasklephefboom* [2] naar de SLOW
(LANGZAME) stand.
2. Deblokkeer de vliegwiel remhefboom* [3] om de motor te stoppen.
Type 2: Vliegwiel Rem, Automatisch Choke, Gasklep
Op Afstand
DE MOTOR STARTEN
1. Plaats de gasklepregeling zodanig dat de gasklephefboom* [2]
zich in de SNELLE stand beweegt.
2. Plaats de remregeling van het vliegwiel zodanig dat de
remhefboom* [3] van het vliegwiel in de RUN stand staat.
3. Trek lichtjes aan de startergreep totdat een weerstand wordt
gevoeld, trek dan hard.
DE MOTOR STOPPEN
1. Schuif de gasklephefboom* [2] naar de SLOW (LANGZAME)
stand.
2. Deblokkeer de vliegwiel remhefboom* [3] om de motor te stoppen.
Type 3: Vliegwiel Rem, Automatische Choke Retour,
Vaste Gasklep
DE MOTOR STARTEN
gelezen.
1. Schuif de chokehefboom [2] naar de chokestand (koude motor)
2. Plaats de remregeling van het vliegwiel zodanig dat de
remhefboom* [3] van het vliegwiel in de RUN stand staat.
De chokehefboom begint zich automatisch naar de OFF (UIT)
stand te bewegen wanneer de vliegwiel remhefboom in de RUN
(DRAAIEN) stand is geschoven.
3. Trek lichtjes aan de startergreep totdat een weerstand wordt
gevoeld, trek dan hard.
De gasklep is bij dit type van tevoren ingesteld.
DE MOTOR STOPPEN
Deblokkeer de vliegwiel remhefboom* [3] om de motor te stoppen.
Type 4: Vliegwiel Rem, Automatisch Choke, Vaste Gasklep
DE MOTOR STARTEN
1. Plaats de remregeling van het vliegwiel zodanig dat de
remhefboom* [3] van het vliegwiel in de RUN stand staat.
2. Trek lichtjes aan de startergreep totdat een weerstand wordt
gevoeld, trek dan hard.
DE MOTOR STOPPEN
Deblokkeer de vliegwiel remhefboom* [3] om de motor te stoppen.
* Zie de handleiding voor de uitrusting.
NEDERLANDS
.
55