veerschijf (114) moet bevinden (fig. 31).
•
De hoeken (103, 105) en stutbalken (106,
107) vastschroeven met de tafelcirkelzaag
(fig. 32).
•
De slede van voor op de geleiderail (102)
zetten (fig. 33).
•
Als er speling zit tussen geleiderail en loopla-
gers van de sledeplaat, dan moet het onders-
te lager met schroef (A) worden bijgesteld,
opdat de slede zonder speling glijdt.
•
De inbusschroeven (111) met knop (113) en
onderlegplaatje (117) vooraan en achteraan
aan de rail (102) monteren (fig. 34); deze die-
nen als eindaanslag.
•
De aanslagrail moet zich op een afstand van
ca. 1 mm parallel aan de zaagtafel bewegen.
Daarvoor schroeven voor hoeken (103, 105)
en stutbalken (106, 107) losschroeven, en
dan zo afstellen dat de rail in elke stand een
afstand van 1 mm tot de zaagtafel heeft.
Houders weer vastschroeven.
•
Gelieve er rekening mee te houden dat af-
hankelijk van de levering ondanks correcte
montage van de schuifslede (speciaal toe-
behoren) losse schroeven/onderlegplaatjes
over kunnen blijven, bijv. omdat deze aan de
tafelcirkelzaag zelf al voorhanden zijn.
7. Bediening
7.1 Aan/Uit-schakelaar en beveiliging tegen
overbelasting (fi g. 1)
•
De zaag kan worden ingeschakeld door de
groene toets „I" in te drukken. Wacht met het
zagen, tot het zaagblad zijn maximale toeren-
tal heeft bereikt.
•
Om de zaag weer uit te schakelen moet de
rode toets „0" worden ingedrukt.
Beveiliging tegen overbelasting
De motor van dit apparaat is met een overbelas-
tingsschakelaar beveiligd tegen oververhitting.
Als de belastings- en temperatuurgrens wordt
overschreden schakelt de overbelastingsscha-
kelaar het apparaat uit.
Druk op de toets „0" en laat het apparaat enkele
minuten afkoelen.
Schakel het toestel dan weer in door de groene
toets „I" in te drukken.
Anl_TE_TS_2231_U_2831_UD_SPK7.indb 133
Anl_TE_TS_2231_U_2831_UD_SPK7.indb 133
NL
7.2 Snijdiepte (fi g. 1, 22)
Het zaagblad (5) kan op de gewenste snijdiepte
worden ingesteld door de handkruk (13) te draai-
en.
Tegen de klok in:
kleinere snijdiepte
Met de klok mee:
grotere snijdiepte
7.3 Parallelle aanslag
7.3.1 Aanslaghoogte (fi g. 3a, 23)
•
De meegeleverde universele aanslag (7)
heeft twee geleidevlakken, die van hoogte
verschillen.
•
Om de aanslagrail (6) om te stellen moeten
de beide kartelschroeven (w) worden losge-
draaid om de aanslagrail (6) los te maken van
de universele aanslag (7).
•
Afhankelijk van de gewenste snijhoogte kan
de aanslagrail in twee verschillende groeven
op de universele aanslag geschoven en met
de kartelschroeven gefixeerd worden.
•
Al naargelang de dikte van de te snijden ma-
terialen kan de L-vormige aanslagrail (6) dan
vlak liggend of op de smalle kant staand aan
de universele aanslag (7) worden bevestigd.
7.3.2 Snijbreedte (fi g. 1, 23)
•
Bij het in de lengte snijden van houten delen
moet de universele aanslag (7) met aanslag-
rail (6) worden gebruikt.
•
De universele aanslag moet in de geleiderail
(8) aan de zaagtafel worden gezet.
•
Zet de hoek van de universele aanslag (7) op
0° positie en draai de vastzetgreep (10) aan.
•
Schuif de universele aanslag op de gewenste
snijbreedte en draai de vastzetgreep (11)
aan.
•
Controleer de snijbreedte met een proefs-
nede (z. 8. Bedrijf).
- 133 -
23.04.14 08:40
23.04.14 08:40