Nederlands
(5) Druk de gereedschaphouder terug om het
gereedschap vast te zetten.
(6) Trek aan het gereedschap om te controleren of dit
volledig vergrendeld is.
OPMERKING
Verwijder de boor door deze handeling in omgekeerde
volgorde uit te voeren.
ALS DE DRUKTOETS NIET SOEPEL WERKT
Als de druktoets niet soepel werkt, probeert u dan of vuil
uit het inwendige kunt verwijderen met een stuk draad
e.d., via de uitlaatopening. Smeer dan het mechanisme
met wat smeerolie en druk de druktoests enkele malen
malen achtereen in, tot de toets soepel beweegt. (Afb. 3)
GEBRUIK
OPMERKING: Controleer of de vleugelbout in de zijgreep
stevig is vastgedraaid voordat u het
gereedschap gebruikt.
1. Het boren van gaten (Afb. 4)
(1) Plaats de punt van de boor op de gewenste positie,
en trek aan de schakelaar.
(2) Het is onnodig overmatige druk uit te oefenen op het
apparaat. Door lichtelijk te drukken zodat de te
bewerken plaats loskomt is voldoende.
VOORZICHTIG
Wanneer de boor vast komt te zitten in de muur of in
andere materialen kan het apparaat, ondanks dat deze
voorzien is van een veiligheidskoppeling, hevig gaan
schudden. Zorg ervoor dat beide handgrepen goed
worden vastgehouden tijdens de werkzaamheden.
2. Breken en verbrijzelen (Afb. 5)
Wanneer de punt van de boor voor breken of
verbrijzelen gebruikt wordt, is het gewicht van het
gereedschap voldoende.
Overmatige druk uitoefenen is in dit geval niet nodig.
3. Opwarmen (Afb. 6)
Het smeringsysteem van dit gereedschap moet onder
koude omstandigheden eerst opwarmen.
Plaats het uiteinde van het boorstuk eerst tegen het
beton, schakel het gereedschap in en laat het systeem
opwarmen. Kontroleer dat u een "slag" hoort en
gebruik dan het gereedschap.
LET OP
Houd tijdens het opwarmen de zijhendel en het
gereedschap stevig met beide handen vast zodat uw
positie niet door de druk van de boor wordt veranderd.
DRILLEN EN INDRIJVEN VAN ANKERS
Gebruik de extra toebehoren, zoals de ankeradaptor en
vernauwde schachtadaptor, voor ankers.
1. Bij gebruik van een boorhamer ankeradapter.
(1) Plaats het zelfborende anker in de ankeradaptor
(Afb. 7)
(2) Zet de schakelaar op ON en boor een opening voor
het zelf-borende anker (Afb. 8) Kantel de boorhamer
een beetje wanneer u begint te boren om de positie
van het gat te bepalen.
(3) Verwijder gruis met het spuitje en bevestig de plug
aan de top van het anker. Gebruik daarna een hamer
om het anker in te brengen.
31
(4) Gebruik de drijfsleutel om het anker te scheiden nadat
dit ingebracht is. (Afb. 9)
(5) Het resterende gedeelte van het anker kan verwijderd
worden met een gewone hamer of een knijp tang.
(Afb. 10)
VOORZICHTIG
Het resterende gedeelte van het anker vliegt weg, dus
let erop dat dit geen gevaar oplevert.
2. Wanneer een vernauwde schachtadaptor gebruikt
wordt. (Afb. 11)
(1) Plaats de boor met de vernauwde schacht in de
adaptor van de schacht.
(2) Zet het apparaat aan en boor een gat tot de diepte die
aangegeven wordt op de groef van de boor.
(3) Nadat stof en gruis met de spuit verwijderd zijn, kan
de plug in het anker geplaatst worden en ingebracht
worden met een hamer.
(4) Voor het verwijderen van het boorstuk (met
vernauwde shacht) dient de cotter in de gleuf van de
vernauwde schachtadaptor te worden gestoken. Sla
nu op de cotter terwijl de boorhamer wordt
ondersteund. (Afb. 12)
GEBRUIK VAN EEN KERNSTUK
Met behulp van een kernstuk kunnen grote kaliber en
blinde gaten geboord worden. Gebruik in dit geval de
losverkijgbare hulpstukken (zoals middenpin en
kernstukschacht) voor goede resultaten.
1. Bevestiging
VOORZICHTIG
Verwijder altijd de stekker voordat het kernstuk
bevestigd wordt.
(1) Bevestig het kernstuk op de schacht van het kernstuk.
(Afb. 13) Olie het schroefgedeelte van de schacht zodat
deze gemakkelijk verwijderd kan worden.
(2) Bevestig de schacht van het kernstuk op de boorkop
net als een drilstuk of puntboor. (Afb. 14)
(3) Plaats de middenpin in het plaatje en druk in totdat
het einde bereikt is.
(4) Leg het plaatje zodanig op de top van het kernstuk,
dat het holle gedeelte goed past. Wanneer de positie
van de uitholling naar links of rechts verschoven
wordt, kan het plaatje niet uit positie raken, zelfs
wanneer de dril naar beneden gebruikt wordt.
(Afb. 15)
2. Boren van gaten
(1) Steek de stekker in het stopkontakt.
(2) De middenpin heeft een ingebouwde veer. Door deze
recht en zachtjes tegen een muur of vloer te drkken
maakt de oppervlakte van het kernstuk kontakt waarne
een gat geboord wordt. (Afb. 16)
(3) Wanneer de diepte van het gat ongeveer 5 mm is,
kan positie van het gat bepaald worden. Verwijder
hierna de middenpin en het plaatje en boor vervolgens
het gat.
VOORZICHTIG
Verwijder altijd de stekker uit het stopkontakt wanneer
de middenpin en het plaatje verwijderd worden.
3. Demontage van het kernstuk
Neem de kernstukschacht uit de boorhamer, houd het
kernstuk met één hand vast en sla met een hamer
twee of drie keer hard op de kop van het zeskantige
deel van de kernstukschacht, waarna de ronde
kopschroef los komt en de boorhamer gedemonteerd
kan worden. (Afb. 17)