6. Montage
Gevaar! Trek vóór alle onderhouds-, afstel- en
montagewerkzaamheden telkens de netstek-
ker uit het stopcontact.
6.1 Montage van het onderstel (Afb. 4-5)
De tafelcirkelzaag omdraaien en op de grond
leggen.
De vier standbenen (29) met de zes-
kantschroeven (a) los aan de zaag schroeven.
Nu de langsstukken (31) en dwarsstukken
(30) met de rondkopschroeven (c) en moeren
(b) los vastschroeven aan de standbenen.
Opgelet: De langere verstijvingen moeten
zijdelings worden gebruikt.
Daarna alle schroeven en moeren van het
onderstel vastschroeven.
Schroef de extra standbenen (36) zodanig
op de achterste standbenen (29) vast dat ze
naar de achterzijde van de machine wijzen
(fig. 5).
Steek de rubbervoeten (13) de standbenen
(29) op.
6.2 Montage tafelverbreding ( g. 6)
Tafelverbredingen (33) en tafelverlenging (39)
aan de zaagtafel (1) los bevestigen met de
schroeven (a) en moeren (b).
Steunen (32) aan de behuizing van de ta-
felcirkelzaag en aan de tafelverbredingen
(33) en aan de tafelverlenging (39) los eraan
schroeven (fig. 6).
Tafelverbredingen (33) en tafelverlenging (39)
vlak met de zaagtafel uitrichten.
Daarna alle schroeven goed aanhalen.
6.3 Zaagbladafdekking monteren / demonte-
ren ( g. 3, 7).
Zaagbladafdekking (2) op de spleetspie (5)
plaatsen zodat de schroef het gat (18) van de
spleetspie (5) in past.
Schroef (15) niet te hard aandraaien; de
zaagbladafdekking moet vrij bewegelijk blij-
ven.
De demontage gebeurt in omgekeerde
volgorde.
Waarschuwing!
De zaagbladafdekking (2) op het te zagen
goed laten zakken voordat u begint te zagen.
NL
6.4 Tafelinzetstuk vervangen ( g. 8)
Bij slijtage of schade moet het tafelinzetstuk
worden vervangen, anders bestaat er verh-
oogd gevaar een verwonding op te lopen.
Zaagbladafdekking (2) afnemen.
De 1 verzonken schroeven (17) verwijderen.
Het versleten tafelinzetstuk (6) uitnemen.
De montage van het nieuwe tafelinzetstuk
gebeurt in omgekeerde volgorde
6.5. Spleetspie instellen ( g. 9,10)
Gevaar! Netstekker trekken
Zaagblad (4) op max. snijdiepte afstellen,
naar de 0° stand brengen en arrêteren.
Zaagbladafdekking demonteren (zie 6.2).
Tafelinzetstuk (6) uitnemen (zie 6.4).
De bevestigingsschroeven (19) losdraaien.
Spleetspie (5) omhoogschuiven tot de af-
stand tussen zaagtafel (1) en bovenkant
spleetspie (5) ca. 10 cm bedraagt.
De afstand tussen zaagblad (4) en spleetspie
(5) moet 3 tot 5 mm zijn.
De schroef (19) opnieuw aanhalen en tafelin-
zetstuk (6) monteren (fig. 8).
6.6 Monteren / verwisselen van zaagblad
( g. 7)
Let op! Netstekker trekken.
Het tafelinzetstuk verwijderen door de twee
verzonken schroeven los te draaien (zie 6.4).
Moer losdraaien. Daarvoor een sleutel (SW
21) aan de moer zetten en een andere platte
open sleutel (SW 10) aan de motoras zetten
om tegen te houden.
Let op! Moer in draairichting van het zaagblad
draaien.
Buitenste flens afnemen en het oude zaag-
blad schuin naar beneden van de binnenste
flens aftrekken.
Zaagbladflenzen zorgvuldig schoonmaken
alvorens het nieuwe zaagblad te monteren
Het nieuwe zaagblad in omgekeerde volgor-
de weer monteren en aanhalen
Let op ! Draairichting in acht nemen, de snij-
schuinte moet in draairichting, d.w.z. naar vo-
ren wijzen (zie pijl op de zaagbladafdekking)
Spleetspie (5) alsook de zaagbladafdekking
(2) opnieuw monteren en afstellen (zie 6.3,
6.5)
Controleer of de veiligheidsinrichtingen naar
behoren werken voordat u met de zaag ver-
der werkt.
- 109 -