INSCHAKELING
1. Open de propaangasfles (zie afb.1).
2. Zet de ventilator aan d.m.v de witte knop (zie afb. 2).
3. Druk de gasknop tot het einde in, en houdt de knop ingedrukt terwijl u herhaaldelijk de piëzoelektrische aansteker acti
veert (zie afb. 3).
4. Als de vlam aan is, de gasknop ingedrukt houden gedurende 15-20 seconden om de thermische veiligheidsinrichtingen te
activeren (zie afb. 4).
5. Nu de gasknop loslaten, de vlam blijft nu branden.
6. Als de ventilator uit mocht gaan oor een eventuele onderbrekingen in het elektriciteitscircuit, dan zal het apparaat bin
nen enkele seconden vanzelf uitgezet worden door de veiligheidsinrichtingen.
7. Hetzelfde geldt voor eventuele onderbrekingen in de gastoevoer. In beide gevallen moeten dezelfde handelingen herhaald
worden die hierboven staan beschreven om het apparaat weer aan te krijgen.
8. Vermijd herhaaldelijke pogingen om het apparaat in te schakelen. Zoek eerst naar de oorzaak van het probleem.
N.B. Het thermisch vermogen kan ingesteld worden tussen een maximum en een minimumwaarde, met
behulp van een handwiel ( C ) op het paneel van de generator (alleen INSTELBAAR model)
UITSCHAKELEN EN HERSTEL
• Sluit de gasfles af.
• Leat de ventilator enkele seconden werken om het afkoelen te bevorderen.
• Schakel de ventilator uit m.b.v. de schakelaar met witte toets.
• Plaats het apparaat in een droge en stofvrije plek
• Sluit altijd de gasfles wanneer het apparaat niet in werking is.
ATTENTIE: de verplaatsbare generator mag alleen op onontvlambare vloeren worden gebruikt. – Veiligheidsafstand: 2 me-
ter vanaf wanden of voorwerpen. – De generator mag niet gebruikt worden in ruimtes waar explosieve stoffen, dampen,
vloeibare brandstoffen of ontvlambare materialen aanwezig zijn! – De brander moet regelmatig gereinigd worden als het
apparaat in stoffige omgevingen wordt gebruikt. Het onderhoud dient verricht te worden door bevoegd personeel.
GEBRUIK IN RUIMTES ZONDER DE PERMANENTE AANWEZIGHEID VAN PERSONEN:
• Bij de ingang moeten borden geplaatst worden met het verbod permanent in dat vertrek te verblijven.
• Hete luchtgenerators kunnen alleen gebruikt worden voor het drogen van ruimtes op voorwaarde dat er voldoende lucht
aanwezig is voor de verbranding.
• Er is genoeg lucht aanwezig als het volume in kubieke meters van het vertrek gelijk is aan minstens 10 keer het nomi
naal verwarmingsvermogen (in kW) van alle hete luchtgenerators in dat vertrek.
• Een normale luchtcirculatie moet gegarandeerd zijn d.m.v ramen en deuren.
GEBRUIK IN RUIMTES MET DE PERMANENTE AANWEZIGHEID VAN PERSONEN:
• De hete luchtgenerators kunnen in alle goed geluchte vertrekken gebruikt worden, als het percentage van
vervuilende stoffen in de lucht beneden de waarden blijft die schadelijk zijn voor de gezondheid.
• Men kan van een "goed gelucht vertrek" spreken als het volume van dat vertrek (in kubieke meters) minstens 30 keer
zo groot is als het nominale verwarmingsvermogen (in kW) van alle machines die in dat vertrek gebruikt worden, en als
een normale luchtcirculatie door ramen en deuren of permanente openingen gegarandeerd wordt. De afmetingen
daarvan in vierkante meter moeten minstens 0,003 keer zo groot zijn als het nominale verwarmingsvermogen (in kW)
van alle machines in dat vertrek. De openingen dienen gelijk over de hoogte verdeeld te zijn.
• De hoeveelheid gevaarlijke stoffen in de lucht is acceptabel totdat de maximale voorschriften overschreden worden,
en het percentage zuurstof (in volume) hoger is dan 17%.
• Deze machines behoren niet gebruikt te worden voor het permanent verwarmen van stallen of fokkerijen.
Fig.1
Fig.3
2 - NL
Fig.2
Fig.4