Tijdens de installatie en het gebruik van het apparaat moeten
de plaatselijke en nationale wetten en de Europese normen
in acht worden genomen. In Italië refereert men aan de norm
UNI 10683 alsmede aan de regionale indicaties of de indicaties
van de plaatselijke ASL. Het is echter essentieel te verwijzen
naar de wetten die gelden in elk land. Vraag de beheerder om
toestemming alvorens u het apparaat in een meergezinshuis
installeert.
CONTROLE COMPATIBILITEIT MET ANDERE
INSTALLATIES
In Italië De kachel mag NIET worden geïnstalleerd in dezelfde
kamer waar zich gasverwarmingstoestellen bevinden van het
type B (vb. gasketels, kachels en apparaten met wasemkap)
want de thermokachel zou een depressie kunnen creëren in de
kamer en de werking ervan in het gevaar brengen of beïnvlo-
eden.
CONTROLE ELEKTRISCHE AANSLUITING
(breng de stekkerdoos op een bereikbare plek aan)
De kachel is voorzien van een elektrische voedingskabel die
op een 230 V 50 Hz stopcontact, het liefst voorzien van een
magnetothermische schakelaar, moet worden aangesloten.
Spanningsvariaties van meer dan 10% kunnen de kachel nega-
tief beïnvloeden (we raden u aan om, als dit niet voorzien is,
een passende differentieelschakelaar te installeren). De elektri-
sche installatie moet aan de normen voldoen; controleer met
name de doeltreffendheid van de aarding. De voedingslijn
moet een doorsnede hebben die geschikt is voor het vermogen
van de apparatuur. Edilkamin acht zich niet verantwoordelijk
voor storingen in de functionering als gevolg van een slecht
functionerend aardecircuit.
PLAATSING
Voor een correcte functionering moet de kachel waterpas wor-
den geplaatst. Controleer het draagvermogen van de vloer.
VEILIGE AFSTANDEN VOOR BRANDWERING
De kachel moet in overeenstemming met de volgende veili-
gheidsvoorwaarden worden geïnstalleerd:
- minimale afstand aan de zijkanten en achteraan: 20 cm uit de
buurt van brandbare materialen.
- vooraan de kachel mogen geen brandbare materialen gesta-
peld worden op minder dan 80 cm.
Als het niet mogelijk is de hierboven aangegeven afstanden
toe te passen, is het noodzakelijk technische en bouwkundige
voorzorgsmaatregelen te treffen om brandgevaar te voorkomen.
In het geval van de aansluiting op een houten wand of een
wand van andere ontvlambare materialen, is het noodzakelijk
de rookafvoerleiding te isoleren.
LUCHTTOEVOER: absoluut noodzakelijk
Het is noodzakelijk dat de installatieruimte van de kachel
voorzien is van een luchttoevoer met e en minimum doorsnede
van 80 cm² zodat het herstel van de verbruikte lucht voor de
verbranding gegarandeerd wordt.
De kachel kan ook lucht aanvoeren door een rechtstreekse ver-
binding naar buiten via een verlengstuk op de stalen buis met
een diameter van 4 cm.
In dat geval kunnen problemen ontstaan door condensatie en
moet u de luchttoevoer met een netje beschermen, waarbijeen
minimale vrije doorgang van 12cm² is gewaarborgd.
De buis moet korter zijn dan 1 meter en mag geen bochtenheb-
ben.
De buis moet eindigen met een segment van 90° naar beneden
gericht met een windbescherming In ieder geval helemaal luch-
tinlaat kanaal moeten worden moet een vrije doorsnede van
minstens 12 cm
gewaarborgd worden.
2
Bescherm het uiteinde van de luchtinvoer met een insectenroo-
ster dat de nuttige doorsnede van 12 cm
INSTALLATIE
ROOKAFVOER
Het afvoersysteem mag uitsluitend door de kachel gebruikt
worden (het is niet toegestaan dat de schoorsteen tevens
voor andere installaties gebruikt wordt).
Het rookgas wordt afgevoerd door een opening met een door-
snede van 8 cm aan de achterkant, en op de bovenkant van de
kachel. De rookafvoer moet met behulp van geschikte stalen
leidingen EN 1856 gecertifi ceerd. De leiding moet hermetisch
afgesloten zijn. Voor de afdichting van de leidingen en een
eventuele isolatie hiervan is het noodzakelijk materialen te
gebruikt worden dat bestand is tegen hoge temperaturen (silico-
nen of mastiek geschikt voor hoge temperaturen).
Het enige horizontale deel mag tot 2 m lang zijn. Een totaal van
3 bochten met een max. wijdte van 90° is toegestaan.
Het is noodzakelijk (als de afvoer niet naar een schoorsteen lo-
opt) een verticaal stuk van minstens 1,5 m en een windscherm
te installeren (referentie UNI 10683). Het verticale kanaal
kan zowel intern als extern zijn. Als het rookkanaal zich in
de buitenlucht bevindt, moet hij op passende wijze geïsoleerd
zijn. Als het rookkanaal in een schoorsteen uitkomt, moet deze
geschikt zijn voor vaste brandstoffen. Als de doorsnede groter
is dan 150 mm, is het noodzakelijk hem te verkleinen door hier
leidingen met een juiste doorsnede en gemaakt van passende
materialen in aan te brengen (bijv. stalen leidingen met een
doorsnede van 80 mm). De verschillende delen van het rookka-
naal moeten geïnspecteerd kunnen worden. De schoorstenen
en rookkanalen waar apparaten voor de verbranding van vaste
brandstoffen op aangesloten zijn, moeten eenmaal per jaar
geveegd worden (controleer of in uw land dit per wet geregeld
is). Een onregelmatige controle en reiniging zorgen ervoor dat
het gevaar voor schoorsteenbrand toeneemt. Voer in dit geval
de volgende handelingen uit: voorkom het blussen met water;
leeg de pelletstank; Neem na een brand contact op met gespe-
cialiseerd personeel voordat u het apparaat weer aansteekt. De
kachel werd ontworpen om te werken bij elke weersomstandi-
gheid. In geval van bijzondere omstandigheden, zoals sterke
wind, kan het veiligheidssysteem tussenkomen wat de thermo-
kachel uitdooft. Laat in dergelijke gevallen het apparaat nooit
met gedeactiveerde beveiligingen functioneren. Neem contact
op met uw Dealer als het probleem aanhoudt.
TYPISCHE GEVALLEN
Afb. 1
A:
B:
C-E: externe luchttoevoer (doorgang minimaal 80 cm²)
D:
SCHOORSTEENPOT
De fundamentele eigenschappen zijn:
- interne doorsnede aan de onderkant gelijk aan de doorsnede
van de schoorsteen
niet beperkt.
2
- doorsnede van de afvoer minstens tweemaal zo groot als de
doorsnede van de schoorsteen
- bovenop het dak in de wind geplaatst, buiten het bereik van
het terugstroomgebied.
- 107
-
geïsoleerde stalen schoorsteen
minimumhoogte 1,5 m, en hoe dan ook voorbij de dakrand
stalen schoorsteen in een bestaande gemetselde schoorsteen.
Afb. 2