Afbeelding 5 Montageopties
1 Rail-montage
2 Vlotter-montage
3 Airblastmontage (niet compatibel met
zeewatersensor)
Bediening
Gebruikersnavigatie
Raadpleeg de documentatie van de controller voor een beschrijving van het toetsenpaneel en voor
informatie over het navigeren.
Configureer de sensor
Gebruik het configuratiemenu voor het invullen van de identificatie-informatie voor de sensor en voor
het wijzigen van de opties voor gegevensverwerking en -opslag.
Zie voor informatie over sensorinstallatie
Zorg ervoor dat alle waarden in het configuratiemenu juist zijn voor de applicatie.
1. Ga naar MENU>SENSOR SETUP (SENSORINSTELLING)>[Select Sensor (Selecteer
sensor)]>CONFIGURE (CONFIGUREREN).
2. Selecteer een optie, ENTER. Een lijst met beschikbare opties wordt weergegeven in
onderstaande tabel.
4 Ketting-montage
5 Koppelmontage (niet compatibel met
zeewatersensor)
Installeer de sensor
op pagina 150.
Nederlands 151