Voorbeeldindelingen
Dubbele lus
Een dubbele lus moet worden gebruikt als u niet in staat bent om een grenszone aan te leggen voor alle zijden van uw perceel.
Bij het gebruik van een dubbele lus, moet de grensdraad tenminste 1 TOT 1,5 METER tussenruimte hebben, om
opheffen van het signaal te vermijden. Denk eraan dat voor een dubbele lus twee keer zoveel draad nodig is.
1-1.5 m
(3-5 ft)
C
A
B
A
B
C
Voorbeeld 3 (2F): Alleen
voortuin of achtertuin
(dubbele lus)
Vanaf de omheiningszender, voert
u de draad naar
A, van A naar
B, van B naar C, van C naar D,
van D naar E, van E naar F, u
maakt een U-bocht en volgt de weg
helemaal terug tot aan A,
u de draaddelen 1 tot 1,5 meter
van elkaar gescheiden houdt. Twist
de draad vanaf A terug naar de
omheiningszender.
46
Voorbeeld 1:
Omtreklus
(Enkele lus)
De omtreklus
is de meest
voorkomende
indeling. Hierdoor
heeft uw kat de
mogelijkheid
om vrij rond te
bewegen over uw
gehele perceel
(2C). Hierdoor
worden ook tuinen,
en beplanting
beschermd (2D).
D
E
F
E
F
D
1-1.5 m
(3-5 ft)
Voorbeeld 4 (2G): Alleen
grens aan voorzijde
(Dubbele lus)
Vanaf de omheiningszender,
voert u de draad naar
A naar
waarbij u de draaddelen 1 tot
1,5 meter van elkaar gescheiden
waarbij
houdt. Wikkel de draad vanaf A
terug naar de omheiningszender.
www.petsafe.net
Voorbeeld 2 (2E): Omtreklus met gebruik van de
bestaande omheining (enkele lus)
Met deze indeling kunt u uw bestaande omheining
integreren in de indeling en uw kat weerhouden van het
springen over of graven onder uw bestaande omheining.
Het vermindert de hoeveelheid draad die moet worden
ingegraven. Vanaf de omheiningszender, laat u de draad
lopen naar A, van A naar B, van B naar C, van C naar
D, van D naar E, van E naar A, twist de draden vanaf A
terug naar de omheiningszender. Zie de sectie 'Installeren
van grensdraad' voor meer informatie over het bevestigen
van de draad aan een omheining.
B
1-1.5 m
A
(3-5 ft)
A, van
B, van B terug naar A
E
1-1.5 m
(3-5 ft)
B
D
A
C
Voorbeeld 5 (2H): Toegang
naar het meer (Dubbele lus)
Vanaf de omheiningszender,
voert u de draad naar
A, van
A naar B, maakt een U-bocht
en gaat naar C, van C naar
D, van D naar E, maakt een
U-bocht en volgt u uw weg
weer terug naar A, waarbij de
draaddelen 1 tot 1,5 meter op
afstand van elkaar blijven. Twist
de draad vanaf A terug naar de
omheiningszender.