Tips voor levensmiddelen
Bewaren van levensmiddelen
• De temperatuur in het koelkastgedeelte dient te
liggen tussen 1°- 4° C, met een optimale temperatuur
van 3° C. Plaats voor de temperatuurcontrole een
thermometer in een glas water. Zet het glas in het
midden van de koelkast. Controleer de temperatuur
na 24 uur. Als de temperatuur hoger is dan 4° C, stelt
u de temperatuur bij volgens de instructies op pagina
162.
• Zorg dat de rekken niet overvol zijn. Dit vermindert
de luchtcirculatie rond de levensmiddelen en leidt tot
een ongelijkmatige koeling.
Groente en fruit
• In de groenteladen heerst een hogere
luchtvochtigheid, waardoor fruit en groente langer
vers blijven (zie pagina 165).
• Sorteer fruit en groente voordat u de in de koelkast
legt en nuttig beschadigde of zachte producten eerst.
Werp rottende producten weg.
• Omwikkel geurende producten zoals uien en kool om
te voorkomen dat de geur aan andere producten
wordt overgedragen.
• Hoewel groente een bepaald luchtvochtigheidsniveau
nodig heeft om vers te blijven, kan te veel
vochtigheid schadelijk zijn (vooral voor bladgroente).
Droog groenten goed voordat u ze in de koelkast
plaatst.
• Reinig verse producten pas wanneer u ze wilt
gebruiken.
Vlees en kaas
• Rauw vlees en gevogelte moeten worden omwikkeld
om lekken of besmetting van andere levenswaren of
oppervlakken te voorkomen.
• Op het buitenoppervlak van harde kazen (Zwitserse
kaas, cheddar, Parmezaanse kaas) kan soms
schimmel ontstaan. Snijd rond en onder een
beschimmeld gebied ten minste 2,5 cm weg. Zorg
dat het mes niet met de schimmel in aanraking
komt. Probeer bij schimmel niet aparte porties kaas,
smeerkaas, kwark, crème, zure room of yoghurt te
bewaren.
167
Zuivelproducten
• De meeste zuivelproducten, zoals melk, yoghurt, zure
room en kwark hebben een uiterste gebruiksdatum.
Bewaar deze producten in de oorspronkelijke
verpakking en zet ze na aanschaf en na elk gebruik
onmiddellijk in de koelkast.
Ingevroren levensmiddelen
bewaren
• De temperatuur in de vriezer moet circa -17° C zijn.
Plaats voor de temperatuurcontrole een thermometer
tussen de ingevroren producten en controleer de
temperatuur na 24 uur. Als de temperatuur hoger is
dan -177° C, stelt u de temperatuur bij volgens de
instructies op pagina 162.
• Vriezers werken beter wanneer ze voor ten minste
tweederde zijn gevuld.
Levensmiddelen voor invriezen
verpakken
• Gebruik aluminiumfolie, krimpfolie, diepvrieszakken
of luchtdichte bakjes om uitdroging en
kwaliteitsvermindering te voorkomen. Verwijder zo
veel mogelijk lucht uit de verpakking en sluit alles
altijd luchtdicht af. Levensmiddelen kunnen door
achtergebleven lucht uitdrogen, van kleur veranderen
en hun smaak verliezen.
• Omwikkel vers vlees en gevogelte op de juiste
manier alvorens ze in te vriezen.
• Vries volledig ontdooid vlees niet opnieuw in.
De vriezer laden
• Laad niet te veel warme levensmiddelen tegelijk in de
vriezer. Hierdoor kan de vriezer overbelast raken,
worden producten langzamer ingevroren en kan de
temperatuur van ingevroren levensmiddelen hoger
worden.
• Laat tussen de pakketten ruimte vrij zodat de lucht
vrij kan circuleren en de levensmiddelen zo snel
mogelijk worden ingevroren.
• Plaats moeilijk in te vriezen producten zoals ijs en
sinaasappelsap niet op de deurrekken van de vriezer.
Deze producten kunt u het best midden in de vriezer
bewaren omdat de temperatuur daar minder varieert
wanneer de deur wordt geopend.