1000 SERIES
G e b r u i k e r s h a n d l e i d i n g
49
INSTALLATIE
Plaatsing van speakers
De speakers uit de 1000 Series werden ontwikkeld met het oog op de grootste mogelijke betrouwbaarheid voor alle muziekgenres
of software voor thuisbioscopen. Het is echter goed om rekening te houden met enkele eenvoudige voorschriften om hun vermogen
te optimaliseren, een goed toonevenwicht en realistisch klankbeeld te garanderen.
Gebruik als box (plafondspeaker)
Bij toepassing als eindspeaker (elke speaker werkt onafhankelijk van de anderen), de speakers kunnen op basis van uw behoeften
en de ruimtelijke indeling van uw kamer worden geïnstalleerd. Zorg er echter voor dat u de speakers ten minste 50 cm van een muur
of hoek installeert om te veel lagetonenfrequenties te vermijden.
Stereogebruik (plafond of muur)
De speakers moeten symmetrisch naar de luisterzone worden geplaatst zodat ze een perfecte gelijkbenige driehoek vormen met
de luisterzone. De ruimte tussen de twee speakers moet 2,5 tot 4 m bedragen voor een luisterzone van 3 tot 6 m (afb. 1). U kunt
deze afstanden echter afwisselen om het ideale compromis te bereiken die is afgestemd op de specifieke ruimtelijke indeling.
De speakers moeten op dezelfde hoogte worden geplaatst en in hetzelfde horizontaal vlak liggen (afb. 2). Bij toepassing als
plafondspeakers moeten de frontspeakers links en rechts op dezelfde horizontale lijn worden geplaatst met een afstand van 0,3 tot
0,6 van de muur. De afstand tussen de linker- en rechterspeaker moet ca. 2,5 en 4 m (afb. 3) bedragen.
Gebruik voor thuisbioscoop (plafond of muur)
Frontspeakers links, rechts en centraal.
Indien gemonteerd op de muur moeten de linker- en rechterfrontspeakers aan weerszijden van en halverwege het scherm en
symmetrisch naar de luisterzone worden geplaatst. Zorg dat ze een perfecte gelijkbenige driehoek vormen met de luisterzone. De
ruimte tussen de twee speakers moet 2,5 tot 4 m bedragen voor een luisterzone van 3 tot 6 m, rekening houdend met een afstand
van 50 cm tot het scherm. U kunt deze afstanden echter afwisselen om het ideale compromis te bereiken die is afgestemd op de
specifieke ruimtelijke indeling. De centrale speaker moet zo dicht mogelijk onder of boven het scherm worden geplaatst voor een
realistische geluidsweergave van de dialogen (afb. 4).
Als u gebruik maakt van een projectiescherm met microperforaties (akoestisch transparant) moeten de linker- en rechterfrontspeakers
en de centrale speaker halverwege van het scherm worden geplaatst en op hetzelfde horizontale vlak achter dit scherm (afb. 5). Bij
toepassing als plafondspeakers moeten de frontspeakers links en rechts en de centrale speaker op dezelfde horizontale lijn worden
geplaatst met een afstand van 0,3 tot 0,6 van de muur. De afstand tussen de linker- en rechterspeaker moet ca. 2,5 en 4 m (afb. 6)
bedragen.
Achterspeakers voor systeem 5.1
Indien bevestigd op de muur moeten de achterspeakers op de zijwanden worden geïnstalleerd, een beetje achter de luisterpositie
(0,5 – 1,5 m) en op dezelfde hoogte als de linker- en rechterfrontspeakers (afb. 7). Indien bevestigd op het plafond, moeten de
achterspeakers op dezelfde horizontale lijn worden geplaatst, een beetje achter de luisterpositie (0,5 - 1,5 m) en de afstand tussen
de linker- en rechterspeakers moet tussen 2,5 en 4 m (afb. 8) bedragen.
Achterspeakers voor systeem 7.1
Indien bevestigd op de muur moeten de linker- en rechterachterspeakers op de zijwanden worden geïnstalleerd, ter hoogte van
de luisterpositie en op dezelfde hoogte als de linker- en rechterfrontspeakers. Achterspeakers moeten op de muur achter de
luisterpositie worden bevestigd en op dezelfde hoogte als de linker- en rechterfrontspeakers. De afstand tussen de twee speakers
moet ca. 2,5 en 4 m (afb. 9) bedragen. Bij toepassing als plafondspeakers moeten de linker- en rechterachterspeakers op dezelfde
horizontale lijn worden geplaatst voor de luisterpositie. De achterspeakers moeten op dezelfde horizontale lijn worden geplaatst,
een beetje achter de luisterpositie (0,5 - 1,5 m) en de afstand tussen de twee speakers moet tussen 1,5 en 2,5 m (afb. 10) bedragen.
Atmos (plafondspeakers)
Op een 5.1.2 geluidssysteem moeten de Atmos speakers op dezelfde horizontale lijn worden geplaatst, een beetje voor de luisterpositie
(0,25 - 1 m) en de afstand tussen de twee speakers moet tussen 1 en 2,5 m (afb. 11) bedragen. Op een 7.1.4 geluidssysteem moeten
de Atmos speakers op dezelfde horizontale lijn worden geplaatst, een beetje voor de luisterpositie (0,25 - 1 m) en de afstand tussen
de twee speakers moet tussen 1 en 2,5 m bedragen. De Atmos-speakers moeten op dezelfde horizontale lijn worden geplaatst, een
beetje achter de luisterpositie (0,25 - 1 m) en de afstand tussen de twee speakers moet tussen 1 en 2,5 m (afb. 12) bedragen.