HUISHOUDELIJK StROOMDRADEN EN -FASE
Elektriciteit wordt over het algemeen geleverd door middel
van een één-fase en drie-fasen systeem.
NL: Woningen in Nederland en België krijgen over het
algemeen een-fasestroom aangeboden. Bij een een-fase
systeem stroom de stroom van en naar uw huishoudelijke
apparaten via een nuldraad en een fasedraad. De nuldraad
heeft een voltage in de buurt van de nul, terwijl de fasedraad
een voltage heeft van 20 tot 240 volt. Het verschil tussen
de twee draden zorgt dat de stroom door uw apparaten
stroomt.
Europa: De meeste woningen in Europa krijgen drie-
fasenstroom aangeboden. Met drie-fasenstroom stroomt
de stroom van een naar een apparaat door een groep van
drie draden - elk met een fluctuerende fase. De drie draden
moeten daarom elk een eigen sensor hebben, die apart
verkrijgbaar zijn.
StARtEN
DE UItGAANDE FASEDRAAD IDENtIFIcEREN
De sensorklem moet over de geïsoleerde fasedraad
bevestigd worden. Het is raadzaam om deze te bevestigen
over de (uitgaande) draad die uit de elektriciteitsmeter in de
meterkast komt.
Dit product gebruikt een type-C stroomsensor, niet
plaatsen op of verwijderen van als er stroom op de draden
staat.
Zet bij het bevestigen nooit kracht op de draden of de
verbindingen.
WAARScHUWING
niet-geïsoleerde draden of contacten.
Als u problemen ondervindt bij de installatie, neem dan
contact op met een gecertificeerd elektricien.
binnenkomende
stroom
SENSOR INStELLEN
WAARScHUWING
te laten installeren door een elektricien. Schakel de
hoofdschakelaar van de stroom uit voor het bevestigen en
verwijderen van sensoren.
1. Druk met uw duim en wijsvinger de plastic lipjes aan
weerzijden van de sensorklem om de bovenkant te
ontgrendelen.
2. Neem de bovenkant van de sensor af.
5
Vermijd te allen tijde contact met
uitgaande
stroom
We raden u aan de sensorklemmen