6.
Selectie brandpuntsafstand en scherpstelling
Opmerkingen:
Het is aangeraden om de brandpuntsafstand en focus in te stellen bij
een omgevingstemperatuur tussen 0 en 40 °C.
Stel de camera zo snel mogelijk in (max. 10 minuten) om blootstelling
aan een te hoge vochtigheid te vermijden, te beletten dat de anti-
condenszakjes teveel vocht absorberen en hierdoor de camera niet
langer kunnen droog houden.
Stel de camera niet in op een plaats met een hoge vochtigheidsgraad.
Lukt dit niet, stel de camera dan zo snel mogelijk in.
Ga als volgt te werk om de brandpuntsafstand en focus te regelen:
1.
Draai de voorkant van de camerabehuizing [5] naar links om deze te
openen.
In de camera zijn twee hendeltjes voorzien om de focusafstand [6] en
de focus [7] te regelen.
2.
Draai de instelschroef los, draai om in te stellen en span de schroef
opnieuw aan.
3.
Neem het verse anti-condenszakje (meegelev.) en plaats het in de
camera zoals geïllustreerd [8].
4.
Plaats onmiddellijk de voorkant van de camerabehuizing terug en draai
naar rechts om de behuizing vast te zetten.
Opmerking: Zorg ervoor dat de behuizing goed vastzit om de camera
te beschermen tegen vochtinfiltratie.
5.
Schuif de zonnekap over de camera [9].
7.
De microSD-kaart installeren
Opgelet:
Na het plaatsen van de kaart in de camera, worden alle gegevens op de
microSD-kaart gewist.
De camera ondersteunt geen hot swapping. Schakel de camera uit,
alvorens u de geheugenkaart plaatst of verwijdert.
Plaats de kaart in de camera. Zie afbeelding [10]. Gebruik een pincet om de
kaart te plaatsen of te verwijderen.
8.
Aansluitingen
Kabels
Raadpleeg de afbeeldingen op pagina 3 van deze handleiding.
a
8P8C-netwerkkabel: een camera aansluiten op de router/hub. Voor
PoE-installatie, gebruik enkel CAT.5e- of CAT.6-kabels die aan de
IEEE802.3af standaard voldoen.
b
alarm in (geel): een extern alarm aansluiten
V. 02 – 10/12/2014
CAMIP16
22
©Velleman nv