NL
INSTELLING VAN DE FUNCTIES (tabel 2)
De diverse opties die hiernaast beschreven worden kunnen ingesteld worden met de dipschakelaar functies
(det. 16 fig. 1).
- Er wordt op gewezen dat om een verandering van de instellingen aan de besturingskast uit te
voeren de stroomvoorziening even uit- en weer ingeschakeld moet worden of dat de 2 resetpinnen
van de besturingskast even kortgesloten moeten worden.
De trimmer PW (det. 3 fig. 1) regelt het vermogen van de motor (door hem met de klok mee te draaien
neemt het vermogen toe). Als het vermogen te laag ingesteld wordt kan het gebeuren dat de obstakelde-
tector inschakelt.
- De PW regeling wordt niet in aanmerking genomen bij elk begin van een beweging, waarbij gedu-
rende enkele seconden vol vermogen wordt gegeven (aanloopfase) en tijdens de Soft-stop.
PROGRAMMERING VAN DE WERK- EN PAUZETIJDEN
De besturingskast leert tijdens het programmeren de werk- en pauzetijden vanzelf (automatische teach-
in).
Er kunnen twee verschillende soorten installaties en methoden samengevat worden:
1) Installatie met eindschakelaars
Tijdens het programmeren wordt door het inschakelen van de eindschakelaars de grens van de beweging
van de poort bepaald.
2) Installatie met mechanische aanslagen
- Als er geen elektrische eindaanslagen voorhanden zijn en de antiverbrijzelingsbesturingskaart
erin gestoken is kunnen de tijden ook door middel van bediening van het bedieningselement van
de stappenfunctie (P/P knop) ingesteld worden.
Vóór de programmering:
A. Zet de poort of de deur half open.
B. Schakel de stroom naar de besturingskast in en controleer aan de hand van de betreffende LED's of de
besturingsingangen goed functioneren (de LED van de verbreekcontacten N.C. moet aan zijn).
C. Als de zenders van de fotocellen stroom toegevoerd krijgen via de uitgang van het controlelampje (klem-
men 12 en 13), dan kan de werking ervan gecontroleerd worden door de test jumper (det. 7 fig. 1) kort
te sluiten.
D. Maak de bewegingszone van de poort vrij.
Programmering:
- Schakel de stroomvoorziening van de besturingskast uit.
- Druk op de PROG.-drukknop (det.2 fig.1) en schakel, terwijl u de drukknop indrukt, de netspanning
in. Blijf de drukknop minimaal 5 seconden lang ingedrukt houden. De programmeer-LED L1 gaat aan.
Dezelfde functie kan uitgevoerd worden door op de knop PROG te drukken, de resetpinnen even kort te
sluiten en de knop PROG. ingedrukt te houden totdat de led L1 gaat branden.
- Druk op de Start/Stop-drukknop om de beweging te starten.
- Tijdens het programmeren voeren de Start/Stop-drukknop op de besturingskaart, de drukknop-
pen die op de Start/Stop-ingang van de stappenfunctie aangesloten zijn en de geïntegreerde
ontvanger dezelfde functie uit.
- Tijdens het programmeren voeren de Start/Stop-drukknop op de besturingskaart,de drukknoppen die op
de Start/Stop-ingang van aangesloten zijn en de geïntegreerde ontvanger dezelfde functie uit.
- De poort zal tijdens de eerste beweging sluiten, als de poort tijdens de eerste beweging opent, moet de
programmering met de stop-drukknop onderbroken worden en moeten de aansluitingen van de motor op
klem 2 en 3 (det.12 fig.1) verwisseld worden. LET OP: de condensator moet aangesloten blijven op klem
0 en 1! Controleer ook of de richting van de eindschakelaars, indien deze geïnstalleerd zijn, juist is.
- Als de poort de gesloten is, moet de poort een stopaanslag of, indien geïnstalleerd, een eindschakelaar
tegen-komen.
56