Eisen Aan Het Personeel - SATA air vision 5000 System Instrucciones De Servicio

Gebruikershandleiding SATA air vision 5000 System
NL
tot de dood veroorzaken.

2.1. Eisen aan het personeel

De adembeschermingsvoorziening mag alleen worden gebruikt door
ervaren vakmensen en geïnstrueerd personeel die deze systeembeschrij-
ving volledig hebben gelezen en begrepen. Gebruik de adembescher-
mingsvoorziening niet als u moe bent of onder invloed verkeert van drugs,
alcohol of medicijnen.
2.2. Persoonlijke veiligheidsuitrusting (Duitse PSA)
De adembeschermingsvoorziening biedt een uitermate effectieve be-
scherming van de gezondheid bij lakwerkzaamheden en daarmee
verbonden handelingen in een omgeving die een bedreiging voor de ge-
zondheid kan vormen. De adembeschermingsvoorziening, in combinatie
veiligheidsschoenen, beschermende kleding, veiligheidshandschoenen
en eventueel gehoorbescherming, is onderdeel van de persoonlijke veilig-
heidsuitrusting (PVU).
2.3. Veiligheidsinstructies
Het is voor elke gebruiker verplicht om voor gebruik van de PSA-adem-
halingsapparatuur de capaciteit van het luchttoevoersysteem en evt. de
effecten op andere gebruikers van het systeem te controleren.
De aanduiding "H" duidt erop dat de persluchttoevoerslang warmtebe-
stendig is. De aanduiding "S" duidt op de antistatische eigenschap van de
persluchttoevoerslang.
De gebruiker moet voor gebruik een risicobeoordeling uitvoeren van mo-
gelijk gevaarlijke chemische verbindingen op de werkplek, bijv. stikstof.
■ Gebruik uitsluitend perslucht die geschikt is voor de ademhaling (over-
eenkomstig EN 120021).
■ Sluit voor uw eigen veiligheid uit dat de veiligheids-persluchtslang niet
op andere mediavoerende systemen kan worden aangesloten.
■ Gebruik van zuurstof of met zuurstof verrijkte lucht is niet toegestaan.
■ Verwijder ademluchtverontreinigingen door een compressor, bijv. olie-
damp, met actieve koolstofadsorber.
■ Vermijd schadelijke gassen, dampen en partikeltjes in de door de com-
pressor aangezogen lucht.
■ Volg de veiligheidsvoorschriften op.
■ Ongevallenpreventievoorschriften (bijv. DGUV regel 100 – 500) opvol-
gen.
■ Het apparaat mag niet gebruikt worden in situaties waar een brandge-
vaar bestaat.
106