Voor ingebruikname
Frontpaneel
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
Mededeling:
De grafische weergave in deze handleiding dient alleen ter referentie
en kan verschillen van de werkelijke eenheid. De verwijzingen naar
het werkelijke toestel zijn slechts een suggestie.
1. [
] -knop
Knop voor openen van het frontpaneel.
] -knop
2. [
Indrukken om disk uit te werpen.
3. [
] -knop
Indrukken om naar helderheidsinstellingsmodus te gaan en dan de knop verdraaien voor het instellen.
Ingedrukt houden om de achtergrondverlichting uit te schakelen en gelijk welke knop indrukken om te
hernemen.
4. [ MENU ] -knop
Indrukken om over te schakelen tussen hoofdmenu en huidige bron.
5. Afstandsbedieningssensor
6. [
] -knop
Verdraaien om het volume aan te passen.
Tijdelijk indrukken om de MUTE (demping)-functie te activeren. Nogmaals indrukken om normaal
beluisteren te hervatten.
Indrukken om het toestel aan (ON) te zetten. Ingedrukt houden om het toestel uit (OFF) te zetten.
7. Reset-knop
Indrukken om de systeeminstellingen terug te brengen naar de fabrieksinstelling (behalve wachtwoord
en kinderslotinstellingen).
8. USB-connector
Een USB-toestel aansluiten voor weergave van muziek/videobestanden.
SD-interfaceconnector
9.
Zet een SD-kaart in voor weergave van muziek/videobestanden.
10.
A/V-ingang
Geschikt voor aansluiting van 3.5mm-bus via dewelke signalen van verschillende audio/videotoestellen
kunnen worden toegepast op het toestel.
11
. D
isksleuf
Software update poort
12.
De SD kaart is enkel voor de software update, niet voor muziek of Navigatie.
11
29
31
12