maximaal 1 - 1,5 mm tussenruimte tussen
leunspaan (8) en slijpsteen (5).
Vervangen van de slijpsteen (Afb. F, G & H)
Benodigd gereedschap:
• Steeksleutel 17 mm
• Schroevendraaier
De slijpsteen altijd vervangen met
stilstaande motor en met de netstekker uit
het stopcontact.
• Verwijder de beschermkappen (4) met behulp
van bovengenoemd gereedschap. Op de rechter
as zit een rechtse schroefdraad. Op de linker
as zit een linkse schroefdraad. Houdt hiermee
rekening als u de stenen vervangt.
• Neem de steeksleutel en draai de moer los.
Neem de oude steen eraf.
• Maak de klemschijven schoon. Plaats één klem-
schijf (A) weer op de as met de holle kant naar
de slijpsteen. Schuif de nieuwe steen op de as.
Plaats de tweede klemschijf (A) op de as, ook met
de holle kant naar de slijpsteen gericht. Draai nu
de moer op de as. Niet te vast! Nu de bescherm-
kap monteren en de leunspaan weer afstellen. De
motor even laten draaien zonder te slijpen.
Flexibele as (Afb. I)
Monteer de flexibele as (12) op de bankslijpmachi-
ne. De ring van de flexibele as (12) kan vervolgens
op de bankslijpmachine worden vastgemaakt.
Een accessoire in de flexibele as plaatsen (Afb. J)
Om een accessoire in de flexibele as te plaatsen
blokkeert u de as door de pin (13) in de pin ope-
ning te steken. Vervolgens kunt u met de spans-
leutel (14) de spankop losdraaien en de accesoire
plaatsen. Zorg ervoor dat de pin (13) is verwijderd
is voor u de machine weer in gebruik neemt.
Accessoires voor de Roterende multitool
Voor u accessoires gebruikt controleert u altijd
of het toegestane toerental van de accessoire
geschikt is voor de hoogste snelheid van de Rote-
rende multitool.
4. BEDIENING
Keuze van de slijpsteen
Grove slijpstenen verwijderen over het algemeen het
meeste materiaal en fijne slijpstenen worden gebruikt
WWW.VONROC.COM
voor de afwerking. Als het oppervlak oneffen is,
begint u met een grove slijpsteen en slijpt totdat het
vlak is. Vervolgens gebruikt u een fijne slijpsteen om
de krassen die de eerste slijpsteen heeft achtergela-
ten te verwijderen en om het werkstuk af te werken.
Het slijpen (Afb. A)
Ga de steen niet "dichtsmeren" door bijvoorbeeld
hout, lood of een ander zacht metaal tegen de
slijpsteen te houden. Duw het te slijpen werkstuk
niet te hard tegen de steen, om het maken van
groeven te voorkomen. Koel de te slijpen werkstuk-
ken af met water. Houtbeitels e.d. mogen beslist
niet "blauw" worden geslepen. Zorg ervoor dat het
te slijpen voorwerp tijdens het slijpen niet uit de
hand glipt en tussen leunspaan en steen klem komt
te zitten. Hierdoor kan namelijk de steen barsten,
de motor vastlopen en terugslag van het werkstuk
ontstaan waardoor verwondingsgevaar ontstaat.
Wanneer u de machine 30 minuten heeft gebruikt,
moet de machine uitgeschakeld worden. Laat de
machine afkoelen tot kamertemperatuur.
Inbedrijfstelling
• Controleer of de netschakelaar (1) in de "UIT"-
stand staat voordat u de netstekker op het
lichtnet aansluit.
• Druk de netschakelaar (1) in de "AAN"-stand om
uw werkbankslijpmachine in werking te stellen.
• Houd het netsnoer altijd uit de buurt van bewe-
gende delen.
Snelheidsaanpassing (Afb. A)
De gewenste snelheid kan worden afgesteld met
de snelheid-afstelknop (11). De snelheid kan ook
tijdens gebruik worden aangepast.
• Verhoog de snelheid door de snelheidafstelknop
(11) naar rechts te draaien.
• Verlaag de snelheid door de snelheidafstelknop
(11) naar links te draaien.
De benodigde snelheid is afhankelijk van het mate-
riaal en kan door middel van een zaagtest worden
vastgesteld.
5. ONDERHOUD
Schakel voor reiniging en onderhoud altijd
de machine uit en verwijder de netstekker
uit het stopcontact.
NL
21