onmiddellijk wassen met veel water spoelen en dringend
medische hulp.
> Zorg dat de accupolen in contact gebracht met de juiste polariteit
(rood aan de positieve pool terminal, zwart aan de negatieve
pool terminal).
> Een vonk kan ontstaan als de lader is aangesloten op de accu,
terwijl aangesloten op het lichtnet. Zorg ervoor deze is
losgekoppeld van het lichtnet alvorens het aansluiten of loskop-
pelen van de rode en zwarte laadkabels naar of van de batterij.
FUNCTIE OVERZICHT
> Loodaccu oplader voor 2V/6V/12V batterijen.
> Beveiliging tegen kortsluiting, ompoling en bescherming tegen
overlading.
> Opladen met IU-curve
> Geschikt voor het druppelladen
> Druppelladen met de huidige instelling
INBEDRIJFSTELLING
1. Pas secundaire stroom
Stel de juiste stroom van de lader met de bijgeleverde stelsleutel.
2. Sluit de lader om de batterij met de juiste polariteit
Sluit eerst de lader om de batterij moet worden opgeladen. Sluit de
rode pool terminal naar de positieve pool (+) van de batterij, dan is
de zwarte paal klem aan de negatieve (-) pool van de accu. Zorg dat
de accupolen juist zijn aangesloten. Als de batterij is geïnstalleerd
in het voertuig en de accupolen niet toegankelijk zijn, raadpleeg
dan de handleiding voertuig voor advies.
Als de klemmen per ongeluk zijn bevestigd aan de polen verkeerd
om, de „FOUT"-LED rood. Sluit de aansluitingen met de juiste po-
lariteit onmiddellijk.
3. Sluit het apparaat aan op het stroomnet
Steek de stekker van de lader in het stopcontact en schakel. De LED
„POWER" gaat groen oplichten.
4. Batterij wordt opgeladen
Na het aansluiten van het netsnoer en de accu van de LED „POWER"
en de „Oplaad-LED" wil groen oplichten.
5. Batterij volledig opgeladen