OBJ_BUCH-0000000062-003.book Page 24 Thursday, July 17, 2014 1:19 PM
nl
24
Neem ook de geldende nationale arbeidsveiligheidsregels
in acht.
Bestemming van het elektrische gereedschap:
Kernboormachine voor het boren met kernboren op
materialen met magnetiseerbaar oppervlak met de door
FEIN toegelaten inzetgereedschappen en toebehoren in
tegen weersinvloeden beschermde omgeving.
Bijzondere veiligheidsvoorschriften.
Draag persoonlijke beschermende uitrusting. Gebruik
afhankelijk van de toepassing een volledige gezichtsbe-
scherming, oogbescherming of veiligheidsbril. Draag voor
zover van toepassing een stofmasker, een gehoorbe-
scherming, werkhandschoenen of een speciaal schort
dat kleine slijp- en materiaaldeeltjes tegenhoudt. Uw
ogen moeten worden beschermd tegen wegvliegende
deeltjes die bij verschillende toepassingen ontstaan. Een
stof- of adembeschermingsmasker moet het bij de toe-
passing ontstaande stof filteren. Als u lang wordt blootge-
steld aan luid lawaai, kan uw gehoor worden beschadigd.
Bevestig het elektrische gereedschap met de meegele-
verde spanriem bij gevaar voor vallen, in het bijzonder bij
werkzaamheden op hoogte, aan verticale bouwelemen-
ten of boven het hoofd. De magnetische bevestigings-
kracht blijft niet in stand als de stroom uitvalt of als de
stekker uit het stopcontact wordt getrokken.
Gebruik het koelmiddelreservoir niet tijdens werkzaam-
heden aan verticale bouwelementen of werkzaamheden
boven het hoofd. Gebruik in deze gevallen een koelmid-
delspray. Door vloeistoffen die in het elektrische gereed-
schap binnendringen ontstaat het gevaar van een
elektrische schok.
Voorkom aanraking met de boorkern, die automatisch
door de centreerstift wordt uitgestoten bij het afsluiten
van de boring. Het contact met de hete of naar beneden
vallende kern kan tot verwondingen leiden.
Gebruik het elektrische gereedschap alleen als het aan-
gesloten is op een volgens de voorschriften geaard stop-
contact. Gebruik alleen onbeschadigde aansluitkabels en
geaarde verlengkabels die regelmatig worden nagezien.
Een niet doorgaande aardleiding kan tot een elektrische
schok leiden.
Houd altijd uw handen, kleding enz. uit de buurt van
draaiende spanen om letsel te voorkomen. De spanen
kunnen letsel veroorzaken. Gebruik altijd de spaanbevei-
liging.
Probeer niet het inzetgereedschap te verwijderen als dit
nog draait. Dit kan ernstig letsel veroorzaken.
Houd het gereedschap aan de geïsoleerde greepvlakken
vast als u werkzaamheden uitvoert waarbij het inzetge-
reedschap verborgen stroomleidingen of de eigen
stroomkabel kan raken. Contact met een onder spanning
staande leiding kan ook metalen delen van het gereed-
schap onder spanning zetten en tot een elektrische schok
leiden.
Let op verborgen liggende elektrische leidingen en buizen
voor gas en water. Controleer de werkomgeving voor
het begin van de werkzaamheden, bijvoorbeeld met een
metaaldetector.
Er mogen geen plaatjes of symbolen op het elektrische
gereedschap worden geschroefd of geniet. Een bescha-
digde isolatie biedt geen bescherming tegen een elektri-
sche schok. Gebruik stickers.
Gebruik geen toebehoren dat niet speciaal door de fabri-
kant van het elektrische gereedschap is ontwikkeld of
vrijgegeven. Een veilig gebruik is niet alleen gegeven door
het feit dat een toebehoren op uw elektrische gereed-
schap past.
Reinig de ventilatieopeningen van het elektrische gereed-
schap regelmatig met een niet-metalen gereedschap. De
motorventilator zuigt stof in het machinehuis. Dit kan bij
overmatige ophoping van metaalstof elektrische gevaren
veroorzaken.
Controleer voor de ingebruikneming de netaansluitkabel
en de netstekker op beschadigingen.
Advies: Gebruik het elektrische gereedschap altijd via
een aardlekschakelaar met een uitschakelstroom van
30 mA of minder.
Bedieningsvoorschriften.
Gebruik als koelmiddel uitsluitend koelsmeeremulsie
(olie in het water).
Let erop dat het opstellingsoppervlak voor de magneet-
voet vlak, schoon en roestvrij is. Verwijder lak- en pla-
muurlagen.
Gebruik bij werkzaamheden altijd de magneetvoet en let
erop dat de magnetische vasthoudkracht voldoende is.
Bij werkzaamheden aan niet-magnetiseerbare materialen
moeten geschikte, als toebehoren verkrijgbare FEIN
bevestigingsvoorzieningen zoals een aanzuigplaat, een
vacuümplaat of een pijpboorvoorziening worden
gebruikt.
Bij werkzaamheden aan staalmateriaal met een materiaal-
dikte van minder dan 12 mm moet ter waarborging van
de magnetische vasthoudkracht het werkstuk met een
extra staalplaat worden versterkt.
Stop de boormotor tijdens het boren niet.
Trek de kernboor alleen terwijl de motor loopt uit het-
boorgat.
Stop de boormotor en draai de kernboor tegen de wij-
zers van de klok in voorzichtig naar buiten, in het geval-
dat de kernboor in het materiaal blijft steken.
Verwijder na elke boorbewerking de spanen en de uitge-
boorde kern.
Raak de spanen niet met uw blote hand aan.
Gebruik altijd een spanenhaak.
Spanen zijn scherp en heet.
Beschadig bij het vervangen van de boor de snijkanten
niet.
Verwijder bij het kernboren van gelaagd materiaal na elke
doorboorde laag de kern en de spanen.
Gebruik de kernboormachine niet met een defect koel-
middelsysteem. Controleer de dichtheid en of er scheu-
ren in de slangen zitten. Voorkom dat er vloeistof in
elektrische delen binnendringt.