Mixeronderdeel
18. Hoofd volumeaanpassing
Past de hoofduitgang van het geluidsniveau aan.
19. BOOTH Volume aanpassing
Wordt gebruikt om het niveau van de BOOTH MONITOR uitgang aan te passen. Dit niveau wordt
niet beïnvloed door het hoofdvolume en hoofdbalans.
20. CUE NIVEAU (Cueniveau aanpasknop):
Past het hoofdtelefoongeluid aan. Wanneer CH-1 of CH-2 is geselecteerd wordt het niveau niet
beïnvloed door het aanpassen van het hoofdvolume en hoofdbalans.
21. Gain:
Pas het ingangssignaal aan, het LCD-scherm toont [ Sam Forward ] of [ Sam Reverse ] gedurende
2 seconden.
22. KANAAL EQ CONTROL
HI:
Past de hoge tooningang aan. In de centrale positie zal het geluid neutraal zijn.
23. Mid:
Past de midden tooningang aan. In de centrale positie zal het geluid neutraal zijn.
24. Laag:
Past de lage tooningang aan. In de centrale positie zal het geluid neutraal zijn.
25. KILL
Druk op de toetsen om de geselecteerde band (Hi/Mid/Low) van het nummer te dempen.
26. CUE:
Gebruik dit om de bron (CH-1 & CH-2, MASTER) te selecteren, zodat deze kan worden beluisterd
met een hoofdtelefoon.
Druk opnieuw om de keuze ongedaan te maken. Druk op diverse toetsen om gemixt geluid te
verkrijgen van de geselecteerde bronnen.
27. AUTO MIX:
Druk op de Auto Mix toets om eenheid 1 & eenheid 2 automatisch te mixen (met fade in/uit
effect)
28. KANAAL (CH-1 TO CH-4) FADER
Past de kanaal uitgangsniveaus aan.
29. CROSS FADER
Wordt gebruikt om het gemixte geluidsvolume van de bronnen Ch1 of Ch2 aan te passen.
6