8. Opbouw MiTOWER STAIRS
Monteer de componenten aan de hand van de stappen die getoond worden in bijlage T7. Breng alle verbindingen aan zoals
staat weergegeven in bijlage T2. Zie onderstaande tabel voor de verwijzing naar de bijlage met de configuratietabel en
-samenstellingen per type rolsteiger.
MiTOWER STAIRS
Opbouwstappen MiTOWER STAIRS
Configuratie MiTOWER STAIRS
Opbouw MiTOWER STAIRS
- MiTOWER STAIRS
- MiTOWER+ STAIRS
Stap 1 (T7:1)
1. Begin met een 4-sports frames (T1: A) en een doorloopframe (T1: H).
2. Plaats wielstaanders met voet (T1: J) in de frames [T2: F16-F18].
3. Plaats 2x dubbele leuningschoor (T1: C) tussen de 2 frames met de onderste klauw boven de 1e sport van het 4-sports frame [T2: F3].
4. Alleen bij MiTower Plus Stairs: plaats 2x een diagonaalschoor (T1: K).
5. Stel de basissectie horizontaal met een waterpas. Indien nodig, verstel de wielspindels door de spindelmoer omhoog of omlaag te draaien.
6. Indien de bovenzijde van beide frames niet waterpas te stellen zijn met de verstelbare wielstaanders, dan kan een 2-sports frame (T1: I)
worden gebruikt om het verschil op te vangen.
7. Controleer de positie van de vier voeten op de traptreden. [T2: F19-F20]. Waarschuwing: ga niet verder met de opbouw indien de basissectie
niet horizontaal staat en/of de vier voeten niet correct op de trap gepositioneerd kunnen worden.
Stap 2 (T7:2)
1. Plaats op beide frames van de basissectie een 4-sports frame (T1: A) en borg deze [T2: F4 – F6].
2. Monteer de driehoekstabilatoren (T1: E); [T2: F11-F15] Controleer of alle stabilatoren goed contact maken met de grond. Verstel de
stabilatoren indien nodig.
3. Als het niet mogelijk is om de driehoestabilatoren in de juiste hoek te plaatsen [F2: F22-F27], plaats dan 2 verankeringsbuizen (T1:L) terwijl je
op de grond staat:
- aan de zijde van het doorloopframe: plaats een verankeringsbuis op de bovenste sport van het doorloopframe en veranker hem aan de
muur [T2: F28]
- aan de andere zijde: plaats een verankeringsbuis op de 7e sport en veranker hem aan de muur [T2: F28]"
4. Plaats indien mogelijk 2x een sjorband (T1: M) in het onderste deel van de steiger [T2: F21]. Plaats de sjorbanden alleen aan een sterke
contructie zoals een trede van een open trap.
5. Plaats een platform (T1: D) op de 4e sport van de basissectie [T2: F7 – F9].
6. Schuif de ophangmechanismen van het platform uit [T2: F10] en hang hier 2x een dubbele leuningschoor aan.
7. Klim door het luik en ga op het platform zitten met de benen door het luik.
8. Monteer 2x een dubbele leuningschoor (T1: C) met de bovenste klauwen boven de 4e sport van de frames [T2: F3].
Stap 3 (T7:3)
1. Klim naar beneden hang aan het ophangmechanisme van het platform: 2x een gekoppeld frame (T1:A), [T2:F4], een platform (T1:D) en een
dubbele leuningschoor (T1:C).
2. Betreed het platform, plaats de gekoppelde frames en borg deze [F2: F5-F6].
3. Plaats één dubbele leuningschoor met de bovenste klauwen onder de 4e sport van de net geplaatste frames [T2: F3].
4. Plaats een platform (T1: D) op de 4e sport van de zojuist geplaatste frames [T2: F7-F9].
Stap 4 (T7:4)
1. Klim naar beneden hang aan het ophangmechanisme van het platform: 2x een dubbele leuningschoor (T1:C) en (alleen als de gewenste werkhoogte
bereikt is) een kantplankset (T1:F).
2. Klim door het luik en ga op het platform zitten met de benen door het luik.
3. Monteer 2x een dubbele leuningschoor (T1: C) met de bovenste klauwen boven de 4e sport van de frames [T2: F3].
4. Alleen als de gewenste werkhoogte bereikt is: plaats de kantplankset (T1:F).
5. Voor hogere werkhoogtes, herhaal stap 3 en 4.
9. Ballast
Ballast is niet vereist bij binnen- en buitengebruik tot de voorgeschreven maximale windkracht 7,9 m/s (max. 4 Beaufort)*.
Voor gebruik bij hogere windkrachten kunt u contact opnemen met Altrex.
10. Verplaatsen van de rolsteiger
Een rolsteiger mag alleen verplaatst worden onder strikte voorwaarden.
1. Voor het verplaatsen van de rolsteiger dient de hoogte te worden gereduceerd tot maximaal 6.2 m platformhoogte.
2. Tijdens het verplaatsen van de rolsteiger mogen zich geen personen en/of materialen op de rolsteiger bevinden.
3. Controleer vooraf de omgevingsfactoren zoals openslaande deuren, overkappingen, kuilen, automatisch werkende
zonneweringen, bovengrondse electriciteitskabels, weer, verkeer en/of passanten e.d. geen gevaarlijke situaties kan
opleveren bij het verplaatsen van de steiger.
4. Voor het verplaatsen van de steiger mogen de stabilatoren maximaal 3 cm worden opgetrokken.
5. Verplaats een steiger uitsluitend in de langsrichting met handkracht over vlakke, horizontale en voldoende draagkrachtige
bodem.
6.
Na het verplaatsen moet de rolsteiger opnieuw horizontaal worden uitgericht met behulp van een waterpas.
7. Verplaats een rolsteiger niet bij een windkracht hoger dan 7,9 m/s (max. 4 Beaufort*)
11. Afbouw van de rolsteiger
De steiger dient in omgekeerde volgorde te worden gedemonteerd, zoals omschreven in de opbouwmethode.
Bijlage
T7
T8 (+T5/T6)
www.altrex.com
5
NL