NEDERLANDS
Originele instructies
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT EN GEBRUIKSBE-
STEMMING
Deze zender maakt deel uit van de serie "SKIMY" van
STOBAG. De zenders van deze twee series zijn bedoeld voor
de besturing van automatiseringen voor externe gordijnen,
zonneschermen of rolluiken: elk ander gebruik moet als
oneigenlijk en verboden worden beschouwd!
Functionele kenmerken
• De serie "SKIMY SRCH X" bestaat uit draagbare model-
len ("H") terwijl de serie "SKIMY SRCW X" uit modellen met
wandbevestiging ("W") bestaat. • Er zijn modellen beschikbaar
met 1 of 6 "groepen", waaraan de instructies gericht kunnen
worden, en er zijn modellen met instructies voor het beheer
van de klimaatsensoren. • Enkele modellen zijn uitgerust met
een haak die de mogelijkheid biedt de zender aan de wand op
te hangen, terwijl andere zenders zijn voorzien van een plaat
voor permanente bevestiging aan de wand. Voor informatie
over de installatie van dit accessoire raadpleegt u afb. 2 o 3. •
In afb. 1 worden de toetsen weergegeven die, afhankelijk van
het mo del, op de zenders aanwezig kunnen zijn. De toetsen
worden als volgt gebruikt:
A - "Groep"-toetsen (alleen voor de modellen X6M, X6MS):
deze dienen voor selectie van het zonnescherm waarvoor
de instructies bedoeld zijn. Tijdens geheugenopslag van
de zender, moet ten minste één van deze toetsen ge-
programmeerd worden, waarbij er ten minste één zon-
nescherm aan wordt gekoppeld. Zo wordt de toets een
"groep voor ontvangst van instructies", wat betekent
dat de zonneschermen die aan de toets zijn gekoppeld,
tijdens het gebruik van de zender dezelfde instructies
ontvangen. De overige beschikbare toetsen kunnen op
analoge wijze worden geprogrammeerd, op basis van
de eisen die aan de eigen installatie worden gesteld. Het
is als het ware alsof er 6 onafhankelijke zenders in één
instructie-inrichting zijn ondergebracht.
B - Instructietoetsen (voor alle modellen): deze toetsen die-
nen voor het verzenden van de instructies voor omhoog
(▲), stop (■) en omlaag (▼). Bij de modellen X6M, X6MS,
selecteert u de "groep" waarvoor de instructie bedoeld is,
voordat u een instructie verzendt.
C - Besturingstoetsen voor automatische instructies (al-
leen voor de modellen X1MS): met de toets
ontvangst door de motor van automatische instructies die
worden verzonden door eventuele klimaatsensoren in de
installatie, ingeschakeld (met de toets
vangst uitgeschakeld. Wanneer er op de toets
gedrukt, stelt het systeem de automatische werking van
de automatisering in en als er op de toets
drukt, stelt het systeem de handmatige werking van de
automatisering in. De "Wind"-sensor mag niet worden
uitgeschakeld, aangezien deze dient ter bescherming van
de automatisering tegen invloed van de wind. Als automa-
tische werking is ingeschakeld, kan de gebruiker op elk
gewenst moment handmatige instructies verzenden. Voor
meer informatie raadpleegt u de handleiding van de motor
en van de klimaatsensor.
D - Programmeertoetsen (voor alle modellen): bij compa-
tibele motoren (uit 2013/2014) dienen deze toetsen ter
vereenvoudiging van de uitvoering van de programme-
ringsprocedures: de toets PRG biedt versnelde toegang
tot de procedures, terwijl met de toets ESC deze proce-
dures versneld kunnen worden verlaten. Om toegang tot
de toetsen te krijgen dient u het batterijdeksel te verwijde-
ren.
Voor de modellen X6M, X6MS: wanneer u tijdens uitvoe-
ring van de procedures wordt gevraagd op deze toetsen
te drukken, moet u eerst de specifieke "groep" selecteren
waarvoor de procedure uitgevoerd wordt.
CONTROLE VAN DE ZENDER
Voordat u de zender in het geheugen van de ontvanger van
de motor opslaat, dient u te controleren of deze goed werkt
door op een willekeurige toets te drukken en te kijken of de led
gaat branden (afb. 1-E). Als deze niet gaat branden, leest u de
paragraaf "Batterijen vervangen" in deze handleiding.
SPECIFIEKE FUNCTIES VAN DE ZENDER
• Selecteer de "groep" waarnaar een instructie moet wor-
den verzonden (alleen voor de modellen X6M, X6MS)
Bij deze zendermodellen moet u eerst de "groep" (de aan de
zender gekoppelde zonneschermen) selecteren waaraan de
instructie gericht is, voordat u een instructie verzendt. Nadat
u de groep hebt geselecteerd, blijft de corresponderende led
enkele seconden branden en voordat deze uitgaat kunt u
andere groepen selecteren om deze aan de selectie toe te
voegen (als u een onterecht geselecteerde groep wilt verwij-
deren, schakelt u de corresponderende led uit door kort op de
bijbehorende toets te drukken).
Nadat u de gewenste groepen hebt geselecteerd, blijven de
groepen, nadat de corresponderende leds automatisch zijn
uitgegaan, in het geheugen van de zender aanwezig tot u een
nieuwe groep (of meerdere groepen) selecteert. Zolang de
groepen in het geheugen zijn opgeslagen, kunt u er instructies
naar verzenden zonder de groepen eerst te hoeven selecteren.
• De ontvangst van automatische, door een klimaatsen-
sor verzonden instructies in- of uitschakelen (alleen
voor de modellen X1MS, X6M)
Bij deze zendermodellen kunt u de ontvangst van automati-
sche instructies van eventuele aangesloten klimaatsensoren
in- of uitschakelen (bijvoorbeeld de automatisering "Zon").
Voor een goed beheer van de zonneschermen die op klimaat-
sensoren zijn aangesloten, verdient het aanbeveling één zen-
der met toetsen voor in- en uitschakeling van de automatische
instructies te gebruiken.
Alleen voor de modellen X6MS: bij deze zenders moet u de
"groep" (of groepen) waarvoor de instelling bedoeld is, se-
lecteren voordat u de functie in- of uitschakelt. Tijdens het
gebruik van deze zenders kunt u controleren of de groepen
in- dan wel uitgeschakeld zijn door deze één voor één te se-
lecteren en naar de status van de leds te kijken:
aan;
uit = functie ingeschakeld;
uit;
aan = functie uitgeschakeld;
Opmerking – Als u meerdere groepen selecteert en de twee
leds uit lijken te zijn, betekent dit dat er ten minste één groep is
waarvoor de automatische instructies zijn ingeschakeld.
GEHEUGENOPSLAG VAN DE ZENDER
Om de zender in het geheugen van een besturingseenheid (of
ontvanger) op te slaan, kunt u één van de volgende procedu-
res kiezen, al naar gelang deze aanwezig is in de handleiding
van de besturingseenheid of ontvanger:
A - Geheugenopslag in "Modus I"
B - Geheugenopslag in "Modus II"
C - Geheugenopslag van een nieuwe zender via een andere,
reeds in het geheugen opgeslagen zender
D - Geheugenopslag via de "inschakelingscode" die is ont-
vangen via een reeds in het geheugen opgeslagen zender
Gedetailleerde instructies voor beide procedures zijn terug
te vinden in de gebruikershandleiding van de motor of van
de besturingseenheid waarmee u de zender wilt laten wer-
ken. Deze handleidingen zijn ook beschikbaar op de site:
www.stobag.com. Aangezien de toetsen van de zenders in
de handleidingen aan de hand van symbolen ofwel nummers
aangeduid kunnen zijn, dient u afb. 1-B te raadplegen om te
zien hoe deze aan de toetsen van de zender gerelateerd zijn.
A - Geheugenopslag in "Modus I"
In deze modus worden de diverse beschikbare instructies in
de motor automatisch allemaal tegelijk overgebracht naar de
diverse toetsen die beschikbaar zijn op de zender, zonder dat
de installateur de kans krijgt om de koppeling tussen instruc-
ties en toetsen aan te passen. Met andere woorden: tijdens uit-
voering van de procedure waarmee de zender in deze modus
wordt de
in het geheugen wordt opgeslagen koppelt het systeem de
beschikbare instructies in de motor automatisch aan de diver-
se toetsen van de zender. Aan het eind van de procedure is
wordt de ont-
elke toets aan een specifieke instructies gekoppeld, op basis
wordt
van een schema dat in de fabriek is vastgesteld.
wordt ge-
B - Geheugenopslag in "Modus II"
In deze modus kunnen de diverse beschikbare instructies in
de motor handmatig worden gekoppeld aan de diverse toet-
sen van de zender, zodat de installateur de kans krijgt om
de gewenste instructie aan de gewenste toets te koppelen.
Met andere woorden: tijdens uitvoering van de procedure
waarmee de zender in deze modus in het geheugen wordt
opgeslagen koppelt de installateur de gewenste instructie
(van de in de motor beschikbare instructies) aan de gewenste
toets van de zender. Aan het eind van de procedure dient u de
procedure te herhalen als u een andere toets met een andere
gewenste instructie in het geheugen wilt opslaan.
Let op! - Elke automatisering heeft een eigen instructielijst die
in Modus II in het geheugen kan worden opgeslagen; u dient
dus de handleiding van de motor of van de besturingseenheid
te raadplegen om de instructie te kiezen die u aan de toets van
de zender wilt koppelen.
C - Geheugenopslag van een nieuwe zender via een
andere, reeds in het geheugen opgeslagen zender
Via deze procedure kunt u nadere zenders in het geheugen
opslaan; dit kan echter alleen als er al ten minste één zender
in het geheugen van de motor is opgeslagen. Via deze pro-
cedure kunt u een nieuwe zender in het geheugen van de
motor opslaan, waarbij u zich op een afstand van maximaal
20 meter van de motor bevindt; er moet dan al een andere
zender in het geheugen van diezelfde motor zijn opgeslagen.
Via deze procedure kunnen de instructies die al in de reeds in
het geheugen opgeslagen zender zijn opgeslagen, ook in het
geheugen van de nieuwe zender worden opgeslagen.
D - Geheugenopslag via de "inschakelingscode"
(uit 2013/2014)
De zenders uit de series SRCH X en SRCW X hebben een
"inschakelingscode". Via de overdracht van deze code van
een reeds in het geheugen opgeslagen (oude) zender naar een
(nieuwe) zender die nog in het geheugen moet worden opge-
slagen, kan de nieuwe zender door de motor worden herkend
en zo automatisch worden opgeslagen in het geheugen van
deze motor tijdens de verzending van de eerste instructies.
Let op! – De overdracht kan alleen plaatsvinden tussen zen-
ders die beide deel uitmaken van de series SRCH X en SRCW
X. De procedure werkt als volgt:
01. Plaats de zenders in elkaars nabijheid, zoals weergegeven
in afb. 6 (voor SRCH X), of in afb. 7 (voor SRCW X), en laat
ze tegen elkaar aan staan tot de procedure is beëindigd.
02. Op de "nieuwe" zender: houd toets ▲ ingedrukt (druk
op de modellen X6M, X6MS, kortstondig eerst op de
"groep" waarbij de inschakelingscode in het geheugen
moet worden opgeslagen) en laat de toets los wanneer
de led op de "oude" zender ononderbroken gaat branden.
Wanneer u de toets los laat, begint deze led te knipperen.
03. Op de "oude" zender:
• Voor de modellen X1M, X1MS: druk op de toets ▼ en
laat deze weer los. Wanneer u de toets loslaat, gaan de
leds van de twee zenders even knipperen (= inschake-
lingscode overgebracht).
• Voor de modellen X6M, X6MS: druk op de toets van de
groep die de over te brengen inschakelingscode bevat en
laat deze weer los. Wanneer u de toets loslaat, gaan de
leds van de twee zenders even knipperen (= inschake-
lingscode overgebracht).
Tijdens de procedure wordt een eventuele fout door de led
gesignaleerd, middels de volgende snelle knippersignalen:
10 knippersignalen = fout in de communicatie tussen de in-
richtingen.
15 knippersignalen = opslag in geheugen niet geslaagd van-
wege time-out.
BATTERIJEN VERVANGEN
Wanneer de batterijen uitgeput zijn, vermindert het bereik van
de zender aanzienlijk. Wanneer u op een toets drukt, zult u
met name merken dat de led vertraagd gaat branden (= bat-
terijen bijna leeg) of dat de intensiteit van het licht van de led
afneemt (= batterijen volledig uitgeput). In deze gevallen kunt u
de normale werking van de zender herstellen door de lege bat-
terijen te vervangen door twee batterijen van hetzelfde type,
rekening houdend met de polariteit (zie afb. 4 of 5).
• Afdanking van de batterijen
Let op! – De lege batterijen bevatten verontreinigende stoffen
en mogen daardoor niet met het huishoudelijk afval worden
afgevoerd. Deze moeten worden afgevoerd via gescheiden
afvalverwerking, conform de geldende richtlijnen voor uw om-
geving.
AFDANKING VAN HET PRODUCT
Dit product is een integraal onderdeel van de automatisering
en moet daarom tegelijkertijd worden afgedankt. Zoals ook
voor de installatiehandelingen geldt, moeten ook de hande-
lingen voor afdanking aan het einde van de bruikbaarheidspe-
riode van dit product door gekwalificeerd personeel worden
uitgevoerd. Dit product is vervaardigd van verschillende typen
materialen: sommige materialen kunnen gerecycled worden,
terwijl anderen afgedankt moeten worden. Informeer u over
de systemen voor recycling of afdanking die voorzien zijn in de
voorschriften die in uw omgeving voor deze productcategorie
gelden. Let op! – bepaalde onderdelen van het product kun-
nen verontreinigende of gevaarlijke stoffen bevatten die bij aan-
raking met het milieu schadelijke gevolgen voor het milieu of
de volksgezondheid kunnen hebben. Zoals door het hiernaast
weergegeven symbool wordt aangegeven, is het
verboden om dit product bij het huishoudelijk afval
af te voeren. Pas dus "gescheiden afvalinzameling"
voor afdanking toe, op basis van de methoden die
zijn opgenomen in de voorschriften voor uw omgeving, of
draag het product over aan de leverancier op het moment van
aanschaf van een nieuw, equivalent product. Let op! plaatselijk
geldende voorschriften kunnen voorzien in zware sancties voor
gevallen van illegale afdanking van dit product.
TEHNISCHE SPECIFICATIES VAN HET PRODUCT
■ Voeding: 2 alkalinebatterijen van 1,5 Vdc van het type AAA
■ Gebruiksduur batterijen: naar schatting 2 jaar, bij 10 over-
drachten per dag ■ Frequentie: 433,92 MHz (±100 kHz) ■
Stralingsvermogen: naar schatting ongeveer 1 mW E.R.P.
■ Radiocodering: standaard-O-Code (compatibel met Flo-
R); Rolling Code van 72 bit ■ Gebruikstemperatuur: -20°C;
+55°C ■ Bereik: naar schatting 200 m (buiten); 35 m (bij
gebruik in gebouw) (*) ■ Beschermingsgraad: IP 40 (ge-
bruik binnenshuis of in beschermde omgeving) ■ Afmetin-
gen: SRCH X: 49 x 150 x 14 mm; SRCW X: 80 x 80 x 15 mm
■ Gewicht: SRCH X: 85 g; SRCW X: 70 g
Opmerkingen: • (*) Het bereik van de zenders en het ont-
vangstvermogen van de ontvangers wordt sterk beïnvloed
door andere inrichtingen (bijvoorbeeld: alarminstallaties,
draadloze hoofdtelefoons, enzovoort) die op dezelfde frequen-
tie binnen uw gebied worden gebruikt. In deze gevallen kan
STOBAG geen garantie bieden over het werkelijk bereik van
de eigen inrichtingen. • Alle weergegeven technische specifi-
caties zijn gebaseerd op een omgevingstemperatuur van 20°C
(± 5°C). • STOBAG behoudt zich het recht voor om op elk
willekeurig moment wijzigingen in het product door te voeren
die het bedrijf noodzakelijk acht, waarbij echter dezelfde func-
tionaliteit en hetzelfde beoogde gebruik gehandhaafd blijven.
Hiermee verklaren wij dat dit product aan de voorschriften
van de CE norm voldoet.
Conformiteitverklaring: www.stobag.com