8.
Bediening
Controleer of de werkspanning van het toestel identiek is aan die van de stroomvoorziening.
8.1
Algemeen
1.
Zorg ervoor dat het station is uitgeschakeld (aan/uit-schakelaar staat op "0").
2.
Sluit de soldeerbout aan op het soldeerstation.
3.
Sluit het soldeerstation aan op een geschikt stopcontact met de voedingskabel.
4.
Sluit indien nodig een antistatische armband aan op de aardingsaansluiting.
8.2
Kanaalselectie en parameterinstelling
1.
Schakel het soldeerstation in.
2.
Dit soldeerstation is voorzien van drie vooraf ingestelde kanalen en een instelbaar kanaal met
geheugenfunctie. Selecteer het gewenste kanaal met de selectieknop.
CH1: standaard vooringesteld kanaal bij 150 °C
o
CH2: standaard vooringesteld kanaal bij 195 °C
o
CH3: standaard vooringesteld kanaal bij 300 °C
o
CH0: door de gebruiker instelbaar kanaal. Om de gewenste temperatuur op te slaan, houd SET
o
gedurende 3 seconden ingedrukt. De ingestelde temperatuur knippert op de display. Stel de
temperatuur in en druk op ENTER. De instelling wordt opgeslagen na het uitschakelen.
Wanneer u werkt met een nieuwe stiftpunt, laat het station eerst opwarmen tot 250 °C en laat het
zo gedurende een drietal minuten staan zonder te gebruiken.
3.
Wacht tot de temperatuur van de soldeerbout stabiel is.
4.
Vertin het oppervlak van de soldeerpunt door een nieuw beschermend laagje soldeer aan te
brengen.
5.
Plaats na gebruik de soldeerbout altijd terug in de houder.
6.
Houd de kanaalselectieknop ingedrukt om naar de stand-bymodus te gaan/verlaten.
7.
Schakel uit na gebruik.
9.
Onderhoud
9.1
Algemeen onderhoud
Om de soldeerpunt te vervangen hoeft u enkel de stiftvergrendeling los te schroeven. Schakel het
toestel eerst uit om het te laten afkoelen. Het toestel kan worden beschadigd indien het systeem is
ingeschakeld en de verwijderde punt niet werd vervangen.
Blaas het oxidestof in de stifthouder weg wanneer u de punt heeft verwijderd. Bescherm uw ogen
tegen dit stof. Vervang de punt en draai de schroef vast. U kunt een tang gebruiken om elk contact
met hete oppervlakken te vermijden. WEES VOORZICHTIG: indien u de schroef te hard aanspant,
kan het verwarmingselement worden beschadigd of kunnen het element en de punt samensmelten.
Maak de soldeerbout en het toestel schoon met een vochtige doek en een kleine hoeveelheid mild
reinigingsmiddel. Dompel het toestel nooit in een vloeistof onder en zorg ervoor dat er geen vloeistof
in de behuizing kan binnensijpelen. Gebruik geen solventen.
Breng een toestel dat defect is of niet normaal werkt terug naar uw verdeler of agent.
9.2
Onderhoud van de punt
De soldeerbout bereikt extreem hoge temperaturen. Schakel het toestel uit en laat het afkoelen voor het
reinigen.
Verwijder en reinig de punt na intensief of gemiddeld gebruik. U moet de punt dagelijks reinigen indien u
het toestel frequent gebruikt.
De meegeleverde soldeerpunt is vervaardigd uit koper en bekleed met ijzer. De levensduur blijft enkel
behouden wanneer u het toestel correct gebruikt.
U moet de punt altijd vertinnen vóór u de soldeerbout terug in de houder plaatst, vóór u het
apparaat uitschakelt of bij lange periodes van inactiviteit. Veeg de punt schoon met een natte spons
vóór u begint of gebruik onze reinigingsspons.
De levensduur van de punt vermindert indien u te hoge temperaturen gebruikt (hoger dan 400 °C of
750 °F).
Duw niet te hard op de punt tijdens het solderen om beschadiging te vermijden.
Gebruik geen vijlen of schurende materialen om de punt te reinigen.
Gebruik geen flux die chloride of zuur bevat. Gebruik enkel harshoudende flux.
V. 01 – 10/03/2017
VTSSC79
11
©Velleman nv