Bewerkingsparameters in de intelligente functie
Soort bevestigingselement (korte
@
naam van het bevestigingsele-
ment)
Materi-
;
aal/kwaliteit/productuitvoering
Diameter (optioneel)
=
De afbeelding toont de indeling van de bewerkingsparameters op het display.
Soort bevestigingselement
Voor verschillende soorten bevestigingselementen zijn af fabriek bewer-
kingsparameters in de koppelmodule opgeslagen.
Het weergegeven bevestigingselement moet overeenkomen met het ge-
bruikte bevestigingselement.
Meer informatie vindt u in de korte handleiding van de SI-AT-A22 en in de
handleiding van het betreffende product.
5.6.2 Functie "Vastschroeven"
In deze functie zijn in totaal 30 stappen beschikbaar. De voor een bepaald
soort bevestigingselement te kiezen stand is afhankelijk van de diameter van
het bevestigingselement en het voorgeschreven koppel. De stand moet aan
de hand van deze gegevens stapsgewijs worden bepaald.
Bij de functie "Vastschroeven" ziet de displayweergave er als volgt uit:
Het getal rechts naast het schroefsymbool geeft de gekozen stand weer.
5.6.2.1 Benodigde stand voor de functie "Vastschroeven" bepalen
1.
LET OP! Controleer vóór het begin van een schroefbevestiging dat de
contactvlakken van de te verbinden onderdelen volledig op elkaar liggen
en de moer tot de aanslag op het onderdeel gedraaid is.
2. Zet het bevestigingselement met een lage stand vast.
▶ Begin het stapsgewijze proces met een zo laag mogelijke stand, om
een beschadiging van het bevestigingselement door te sterk vastzetten
te vermijden.
3. Controleer het bereikte koppel van het bevestigingselement met behulp
van een gekalibreerde momentsleutel.
Voor het herhaaldelijk aandraaien van meerdere bevestigingselemen-
ten zorgt u ervoor dat alle omstandigheden van de schroefbeves-
tigingen gelijk blijven. Wijzigingen van de omstandigheden van de
schroefbevestiging kunnen een andere benodigde stand vereisen.
Resultaat 1 / 3
Het voorgeschreven koppel van het vast te zetten bevestigingselement
werd niet bereikt.
30
Nederlands
2124680
*2124680*