1-2 VOEDING: 12/24 V gelijk- of wisselstroom.
3-4 UITGANG 1
e
- RELAIS: spanningsvrij contact van een
normaal open relais.
5-6 UITGANG 2
e
- RELAIS: spanningsvrij contact van een
normaal open relais (alleen op tweekanaalsontvangers).
1-2 ANTENNE: ingang antennesignalen.
––– Installatie van een externe antenne –––
Als de bijgeleverde antenne zich op een ongunstige plaats
bevindt en het radiosignaal zwak is, is het, om de ontvangst
te verbeteren, raadzaam hem te vervangen door een externe
antenne (mod. ABF of ABFKIT). De nieuwe antenne moet zo
hoog mogelijk worden geplaatst en boven eventuele metalen of
gewapend betonnen bouwsels, die zich in de buurt bevinden.
Indien nodig gebruikt u een coax kabel met een impedantie
van 50 ohm (bijvoorbeeld, de kabel RG58 met laag verlies).
Let op! – Om het signaalverlies te verminderen, gebruikt u
een zo kort mogelijke kabel (niet langer dan 10 m).
– De antenne aansluiten (alleen voor de modellen met
universele aansluiting): sluit de antennekabel op klem 1
en 2 aan (fig. 2): klem 1 = omhulsel; klem 2 = kern.
– Antenneaansluiting bij de modellen met Nice koppe-
ling: sluit de antennekabel op de speciale klemmen op de
besturingseenheid aan.
• Voor alle modellen:
––– Keuze van de relais op de kanalen –––
Iedere ontvanger is in staat alle 4 de toetsen van de zender
te herkennen. Dit is mogelijk dankzij de samenvoeging van
de relais in de uitgang met de gewenste toets, via een elek-
trische bypass die in de speciale koppelingen moet worden
gedaan: zie Tabel 1.
TABLE 1
Uitgang relais 1
Uitgang relais 2 (indien aanwezig)
Toets: 1
Toets: 2
Toets: 3
Toets: 4
––– Contacten van het type "NC" verkrijgen –––
De uitgangen worden door 2 relais bestuurd met een contact
van het "NA" (normaal open) type. Als u een contact van het
"NC" (normaal gesloten) type wilt, handelt u als volgt:
01. Neem de elektrische voeding van de ontvanger.
02. Verwijder de printplaat en draai hem om: de gesoldeer-
de kant moet naar degene zijn gericht die ernaar kijkt.
03. Verricht de volgende handelingen op de gesoldeerde
kant (fig. 3):
– Verbreek de verbinding op punt "X".
– Verbind de soldeerpunten "Y"met een druppeltje tin.
Opmerking – deze wijzigingen kunnen afhankelijk van uw
wensen op één dan wel op beide relais verricht worden.
Nederlands - 3