Nederlands
•
Gebruik een grof schuurvel voor het schu-
ren van ruwe oppervlakken, medium vellen
voor het glad schuren van oppervlakken
en fijne vellen voor het afwerken van
oppervlakken.
•
Voor het maximaliseren van de schuuraf-
werking, maakt u gebruik van hoogwaar-
dige schuurvellen.
•
Het is aanbevolen de vellen op een stuk
afvalmateriaal te testen om de optimale
korrelgrofte vast te stellen. Wanneer het
oppervlak na het schuren nog steeds plek-
ken/ markeringen vertoont, schuurt u deze
met een grover schuurvel weg voordat u
terug keert naar de originele korrelgrofte, of
gebruikt u een nieuw schuurvel voor het
verwijderen van de markeringen voordat u
overstapt naar een fijner schuurvel.
GEBRUIK
WAARSCHUWING: De geschikte bescher-
mende uitrusting, waaronder gezichts-, adem-
halings- en gehoorbescherming, dient te allen
tijde gedragen te worden.
WAARSCHUWING: Om de gebruiker te
beschermen tegen de trillingen is het dragen
van beschermende handschoenen
aanbevolen.
Het in- en uitschakelen van de machine
Stel het variabele snelheid stelwiel (8) op
1.
de minimale snelheid.
2.
Houdt de machine stevig bij het handvat
vast, met uw duim op de aan-/uitschake-
laar (3).
3.
Schuif de schakelaar naar voren om de
machine in te schakelen.
4.
Schuif de schakelaar naar achteren om de
machine uit te schakelen]
WAARSCHUWING: Laat de machine volledig
op snelheid komen voordat deze in contact
komt met het werkstuk.
WAARSCHUWING: De ventilatiegaten dienen
vrijgehouden te worden zodat hete lucht kan
ontsnappen. Stof en zaagsel blokkeren de
ventilatiegaten waardoor de machine overver-
hit. Metaal zaagsel kan de machine permanent
beschadigen. Voorkom de ophoping van stof
en zaagsel. Houd uw werkplaats met behulp
van een stofzuiger schoon.
26
WAARSCHUWING: Inhaleer stof niet. Draag
een geschikt stofmasker. Sommige stoffen zijn
giftig.
Het verstellen van de snelheid
•
De oscillerende snelheid van de machine
kan met behulp van het stelwiel (8) ver-
steld worden.
1.
Een hoger nummer op het wiel duidt op
een hogere snelheid.
2.
Een lager nummer op het wiel duidt op
een lagere snelheid.
Let op: Pas de snelheid aan om het schuur-
werk op verschillende materialen te optimalise-
ren. Verwijs naar de instructies van de schuur-
vel fabrikant, betreft de snelheidsselectie.
Zagen
•
Zorg ervoor dat het zaagblad scherp is en
in goede staat verkeert.
•
Gebruik geen beschadigde of misvormde
zaagbladen.
•
Bij het zagen van licht bouwmateriaal
verwijst u naar de aanbevelingen van de
fabrikant.
•
Inval zaagsneden zijn enkel te maken in
zachte materialen, als hout en spaanplaat.
•
Bij het gebruik van zaagbladen die niet
geschikt zijn voor het zagen van metaal,
zorgt u ervoor dat het werkstuk vrij is van
spijkers, nietjes, etc. Verwijder metalen
voorwerpen of maak gebruik van een
metaal zaagblad.
Schuren
•
De materiaal-verwijdersnelheid en het
schuurpatroon worden bepaald door het
schuurvel type, de oscillatiesnelheid en de
uitgeoefende druk.
•
Oefen een gelijke druk op de machine uit
om de duurzaamheid van de vellen te
optimaliseren.
•
Een overmatige druk resulteert niet in een
snellere materiaalverwijdering, maar resul-
teert in voortijdige slijtage van het schuur-
vel en mogelijke schade aan de machine.
•
Voor nauwkeurige schuurwerkzaamheden
in hoeken en op randen schuurt u enkel
met de punt van het schuurvel.