De benodigde snelheid is afhankelijk van het
materiaal en kan door middel van een zaagtest
worden vastgesteld.
Klemmen
Het is normaal gesproken niet nodig het te zagen
materiaal te klemmen, zolang het maar volledig
wordt ondersteund door de werkbank en met
één hand wordt vastgehouden. Klemmen moeten
worden gebruikt wanneer;
• De gebruiker onervaren is in het gebruik van
elektrische zagen of zwakke handen heeft
• Er kleine onderdelen of hard materiaal moet
worden gezaagd.
Zagen
• Voor zuivere zaagsneden moet de machine
met een liniaal gebruikt worden.
• Controleer bij de technische gegevens of het
materiaal geschikt is voor de zaag.
• Installeer een geschikt zaagblad. Zorg ervoor
dat het scherp en onbeschadigd is.
• Stel de zaagdiepte in.
• Plaats het te zagen materiaal op een vlakke
ondergrond zoals een werkbank, tafel of
vloer. Leg iets, bijvoorbeeld een stuk karton,
onder het materiaal ter bescherming van de
ondergrond of het zaagblad, als u bijvoorbeeld
werkt op een betonnen vloer.
• Steek de stekker in het stopcontact.
• Pak de machine stevig vast en plaats de
metalen basisplaat op het te zagen oppervlak.
Zorg ervoor dat het achterste gedeelte van de
plaat uitsteekt boven de werkbank. Druk de
zaag nog niet in het te zagen object.
• Zet de machine aan en wacht enkele seconden
totdat de zaag op volle snelheid draait. Druk
de zaag langzaam en voorzichtig, maar toch
stevig in het materiaal. Duw vervolgens de
zaag naar voren langs de te volgen lijn. Trek de
zaag nooit naar achteren.
• Er moet heel weinig kracht gebruikt worden
om de zaag te leiden langs de zaaglijn. Te veel
kracht leidt tot vermoeidheid en slijtage van
het zaagblad en de machine.
• Zorg ervoor dat de basisplaat altijd plat op het
te zagen object staat. Dit is vooral belangrijk
bij het begin en het einde van het zagen of
als er smalle strips uitgezaagd worden en de
basisplaat niet overal ondersteund wordt.
30
• Til na het zagen de machine op en schakel deze
daarna uit. Laat, als er een hoeveelheid stof is
ontstaan, de machine nog even draaien tot de
stof verdwenen is.
NB.: Zaag altijd in voorwaartse richting; trek de
zaag nooit naar achteren. Als u een beginner bent,
oefen dan eerst met het zagen van hout totdat u
daarin goed bedreven bent.
Uitzagen
• Voor zuivere zaagsneden moet de machine met
een liniaal gebruikt worden.
• Stel de diepte in, steek de stekker in het
stopcontact en plaats vervolgens de zaag
met de metalen basisplaat op het werkobject.
Zorg ervoor dat de lengte-instelling op de
beschermkap overeenkomt met het beginpunt.
• Schakel de machine in en wacht totdat de zaag
op volle snelheid draait. Druk de zaag langzaam
en voorzichtig maar toch stevig in het materiaal.
Duw vervolgens de zaag naar voren langs de
zaaglijn. Trek de zaag nooit naar achteren.
• Til na het zagen de machine op en schakel deze
daarna uit. Laat, als er een hoeveelheid stof is
ontstaan, de machine nog even draaien tot de
stof verdwenen is.
Tips voor het uitzagen:
• Als het uitgezaagde gedeelte later bedekt zal
worden, bijvoorbeeld door een ventilatiefilter,
dan kunnen in de hoeken de sneden elkaar
overlappen waardoor het uit te zagen gedeelte
meteen los is.
• Als het uitgezaagde stuk zichtbaar blijft,
is het beter niet te overlappen. Omdat er
gewerkt wordt met een rond zaagblad, zal het
uitgezaagde gedeelte niet direct los zijn. De
hoeken zullen met een mes afgemaakt moeten
worden. Als het materiaal dun is en het uiterlijk
van de achterkant onbelangrijk, dan kan het
uitgezaagde stuk er zo uitgedrukt worden.
• Als het mogelijk is te zagen aan de achterkant,
dan kan het uit te zagen gedeelte aangegeven
worden met een oversnijdmarge. Het gedeelte
wordt dan aan de achterkant uitgezaagd om
aan de voorkant keurige hoeken te verkrijgen.
Een schaal met marges vindt u bij specificaties.
Bij sommige harde materialen is uitzagen
niet mogelijk.