NL | GEBRUIKSAANWIJZING
AANWIJZING
Door het zwellen van de huid kan het zijn
dat enkele dagen na een operatie het instel-
len moeilijker verloopt. Als de ventielinstel-
ling met het kompas niet eenduidig kan
worden gecontroleerd, is het raadzaam de
instelling te controleren met behulp van een
beeldvormingstechniek.
Als het proGAV 2.0 Compass wordt openge-
klapt, dan wordt een sjabloon zichtbaar, waar-
door men met de wijsvinger het ventiel aan het
hoofd van de patiënt kan lokaliseren (afb. 4).
Afb. 4: Lokaliseren van het ventiel
Daarna wordt het sjabloon van het proGAV 2.0
Compass gecentreerd op het ventiel gezet. De
richtingsmarkeringen "proximaal" en "distaal"
geven de stroomrichting aan.
2. Testprocedure
Wanneer u nu het kompas naar onderen klapt,
wordt het drukniveau automatisch aangege-
ven.
Afb. 5: Bepalen van het drukniveau met het proGAV 2.0
Compass
102
proGAV Compass
Naast het proGAV 2.0 Compass is er nog een
andere optie om de ingestelde openingsdruk
te meten. Het proGAV Compass (afb. 6) wordt
via het geïmplanteerde ventiel op de huid gezet
en zolang licht rondgedraaid tot de binnen-
ste schijf stabiel is uitgelijnd. De openingsdruk
komt overeen met de in de richting van de ven-
trikelkatheter weergegeven waarde.
AANWIJZING
Kleine luchtbelletjes in de kamer van het
kompas hebben geen invloed op de functio-
naliteit.
Afb. 6: proGAV Compass
3. Instelprocedure
WAARSCHUWING
Tijdens het instellen van de differentiaal-
drukeenheid van de proGAV 2.0 moet
ervoor worden gezorgd dat de openings-
druk met maximaal 8 cmH
cedure wordt gewijzigd, om fouten te voor-
komen.
Voorbeeld: De openingsdruk moet van 3
naar 18 cmH
instellen moet in twee stappen gebeuren:
eerst instelling van 3 naar 11 cmH
aansluitend van 11 naar 18 cmH
De proGAV 2.0 Adjustment Tool wordt gecen-
treerd over het ventiel gezet. Met behulp van
de wijsvinger kunt u het ventiel over de uitspa-
ring in het midden van het instrument heel goed
voelen, om het instrument correct te plaat-
sen. Daarbij moet het gewenste drukniveau op
de schaal in de richting van het ventielinlaat
dan wel van het ventrikelkatheter wijzen. Door
lichte druk met de wijsvinger op de insteleen-
heid wordt de rotorrem vrijgegeven en wordt
het drukniveau van de proGAV 2.0 gewijzigd.
proGAV
®
2.0 Tools
O per instelpro-
2
O worden veranderd. Het
2
O.
2
O en
2