3 Technische gegevens
Tabel 3.1 Technische gegevens
Item
Gewichten
• zonder slang
• met slang en mondstuk
Kanaalaansluiting
Aanbevolen luchtstroom
• Voor auto's, 100 mm (4") slang
NL
• Voor vrachtwagens, 125/150 mm
(5"/6") slang
Omgevingstemperatuur
Uitlaattemperatuur
Temperatuurbestendigheid
• SlangNR-CP
• SlangNFC-3
Elektrische voeding
Capaciteit
Beschermingsklasse
Geluidsniveau
Recycling van materiaal
4 Montagehandleiding
Zie afbeeldingen,
Afbeelding
ge-hoogte hangt af van de lengte van de slang en het
gewicht. Let op! Het toegestane gewicht van de uit-
gerolde - en vrijhangende slang, inclusief mond-stuk,
is 30 kg. Bepaal de montagehoogte zodanig dat de uit-
gerolde slang zonder uitgerekt te raken aan de uit-
laatpijp van het voertuig gemonteerd kan worden.
1
Zorg ervoor dat het oppervlak waarop u de has-
pel aanbrengt effen is. Boor 4 gaten, gebruiken de
boorsjabloon die met het pakket is meegeleverd.
2
Breng de montagebeugels zo aan dat de haspel
horizontaal hangt. Zorg ervoor dat geschikte mon-
tagebouten worden gebruikt met het oog op het
materiaal van plafond of wand. De bouten moeten
54
Exhaust Hose Reel
Dimensie
31 kg (68 lbs)
40 – 50 kg (82 – 110 lbs)
Ø 160 mm (6.3 in)
400 – 600 m
800 – 1200 m
-10 °C to +50 °C (15 °F to 120 °F)
Maximaal 300 °C
150 °C (300 °F) continu
300 °C (570 °F) continu
100 V, 115 V, 200 V, 230-240 V AC 1-fase, 50/60 Hz
Maximaal 325 VA
IP 44
Gemeten volgens ISO 11201. < 70 dB(A).
Haspels zonder slang: 100 gewicht-%
2. De maximale monta-
3
/h (235 – 350 cfm)
3
/h (470 – 700 cfm)
allemaal bestand zijn tegen een belasting van mi-
nimaal 6500 N.
3
Gebruik een goedgekeurd en voor het doel ge-
schikt heftoestel om de haspel op te tillen. Zet de
haspel vast in de klemmen.
4.1 Montage van de slang
Zie afbeeldingen,
Afbeelding
monteerd en aangesloten op de elektrische voeding,
dient de slang te worden geplaatst. (betreft alleen
haspels die zonder slang worden geleverd). Houdt er
rekening mee dat de haspel niet handmatig geroteerd
kan worden.
1
Zet de slang vast met een slangclip op de verbin-
dingsmof binnen in de trommel.
2
Richt te handmatige bediening naar de indicator
(alleen bij op afstand bediende haspel). Druk bij de
3. Nadat de haspel is ge-