2-3 Montagegaten boren
LET OP:
Voorkom mogelijk letsel of schade aan meubilair! De montagegaten MOETEN tot een diepte van 89 mm (3½ inch) worden geboord met behulp van
een boorkop van 5,5 mm (7/32 inch).
2-4 De bouten vastdraaien
VOORZICHTIG:
Een onjuist gebruik kan de grip van de bout verminderen. Zo voorkomt u persoonlijk letsel of materiële schade:
Draai de bouten [20] NIET te strak.
Draai de bouten [20] alleen vast tot de afstandsringetjes [22] stevig tegen de wandplaat [01] zitten.
2 De wandplaat bevestigen
2-1 Markeringen op de wand aanbrengen
Voor hulp bij het bepalen van de locatie voor de wandplaat, zie de Height Finder op sanus.com.
VOORZICHTIG:
Voorkom mogelijk letsel of schade aan meubilair!
Bevestig de wandplaat [01] rechtstreeks op het betonnen oppervlak.
Minimale dikte massief beton: 203 mm (8 inch).
Minimale grootte betonblok: 203 x 203 x 406 mm (8 x 8 x 16 inch).
Minimale horizontale afstand tussen bevestigingen: 177.8 mm (7 in).
2-2 Montagegaten boren
VOORZICHTIG:
Voorkom mogelijk letsel of schade aan meubilair!
De montagegaten MOETEN tot een diepte van 89 mm (3½ inch) worden geboord met behulp van een boorkop van 10 mm (3/8 inch).
Boor nooit in het cement tussen blokken.
2-3 Ankers en bouten plaatsen
Plaats de ankers voor de bouten [21]. Steek vervolgens de bouten [20] door het afstandsringetje [22] en de wandplaat [01] in de ankers.
VOORZICHTIG:
Een onjuist gebruik kan de grip van de bout verminderen. Zo voorkomt u persoonlijk letsel of materiële schade:
Zorg ervoor dat de ankers [21] helemaal in het betonoppervlak worden geplaatst.
Draai de bouten [20] alleen vast tot de afstandsringetjes [22] stevig tegen de wandplaat [01] zitten.
Draai de bouten [20] NIET te strak.
3 Arm aan wandplaat bevestigen
3-1 De gaten uitlijnen
Installeer het armmechanisme [03] in de wandplaat [01]. De pennen aan de bovenkant van het armmechanisme passen in de sleuven van de bovenste schuifwagen.
Zorg ervoor dat u de onderste gaten van het armmechanisme op een lijn brengt met de gaten in de onderste schuifwagen.
3-2 De arm vastzetten
Bevestig de arm [03] aan de wandplaat [01] met behulp van de zeskantsleutel [26] en schroef [25].
4 De tv aan de arm bevestigen
4-1 De arm plaatsen
Plaats de arm [03] zodanig dat een elleboog tegen de wand drukt. Draai de spanningsaanpassing (T) vast om te voorkomen dat de armen bewegen terwijl u de tv-
beugel installeert.
4-2 De tv aan de arm bevestigen
Bevestig de tv-beugel [02] aan de arm [03]. U hoort een klik wanneer de onderdelen goed zijn gemonteerd.
4-3 De arm vastzetten
KANTEL DE TV OMHOOG. Plaats borgschroef [24] en draai deze vast.
5 Aanpassingen
5-1 Inzetten van de wandplaat verwijderen
5-2 De draaispanning naar links/rechts aanpassen
5-3 De kantelspanning omhoog/omlaag aanpassen
5-4 De armspanning aanpassen
5-5 De hoogte aanpassen
5-6 Het niveau aanpassen
6 Kabelbeheer
6-1 De kabelafdekkingen verwijderen
Verwijder de armafdekkingen door op de voorkant van de afdekking te drukken. De achterkant van de afdekking springt dan naar voren.
6-2 Kabelvoering
Trek iedere arm volledig uit en leid vervolgens de kabels door de arm. Laat genoeg speling over om te voorkomen dat de kabels uitrekken wanneer u de arm beweegt.
Bevestig de kabelafdekkingen weer.
Probleemoplossing en onderhoud
De tv verwijderen: (Zie de illustraties bij stap 4.)
1.
Draai de borgschroef [24] los.
2.
Duw op vergrendelklep (L) om deze vrij te geven.
3.
Til de tv voorzichtig van de arm [03] af.
Tv blijft niet in de omlaag gekantelde positie staan en beweegt naar boven:
1.
Pas de ingestelde kantelspanning aan (zie stap 5-3).
2.
Als het probleem zich blijft voordoen, gebruikt u de optie met een
beugelinstallatie waarbij langere afstandsringetjes worden gebruikt
(zie stap 1-4).
6901-002080 <03>
Massief beton of betonblok
Draai de schroeven los. Pas het niveau aan. Draai de schroeven opnieuw vast.
Plaats de wandplaat [01] waterpas en markeer de locaties van de gaten.
Tv blijft niet in de standaardpositie staan en beweegt omlaag:
1.
Pas de ingestelde kantelspanning aan (zie stap 5-3).
2.
Als het probleem zich blijft voordoen, gebruikt u de optie met een
beugelinstallatie waarbij kortere afstandsringetjes worden gebruikt
(zie stap 1-4).
23